Deze molen is door H.A. Bremer gebouwd voor rekening van D.H. Oosterbeek te Middelstum. Op 17 december 1869 woei bij een storm de kap af, waarna direct herstel volgde.
In 1930 kreeg de molen twee zelfzwichtende roeden, die in 1932 verdekkerd werden.
Tot 1954 was deze molen zeer compleet uitgerust met een koppel maalstenen, twee pelstenen, koekenbreker, menginstallatie, elektrische maalstoel en een elektrische pellerij. Molenaar was toen Jan Veldman. Toentertijd was de windkracht evenwel al buiten bedrijf en werd uitsluitend nog elektrisch gemalen; op windkracht malen was niet meer mogelijk, voornamelijk vanwege de bouwvallig geworden stelling.
Na Veldmans emigratie in 1954 kocht de grote Groninger ondernemer en peller Offeringa, om concurrentie te voorkomen, de molen op. Nu deed Offringa dat wel vaker maar hier ging hij wel erg ver: het gaandewerk werd zonder pardon ontmanteld en het had niet veel gescheeld, of de hele molen was verdwenen!
Dat deze molen er nog staat, is te danken aan persoonlijk ingrijpen van de bekende Groninger molenvriend B. van der Veen Czn. De (al behoorlijk gevorderde) sloop werd gestaakt, maar wél stond de molen er jaren gedeeltelijk onttakeld bij, met slechts één kale binnenroede en de (nog altijd) bouwvallige stelling.
In 1972 kocht de toenmalige gemeente Middelstum de molen. Inmiddels was de toestand erg slecht geworden, zo was ook de binnenroede inmiddels verdwenen.
In 1976 volgde een uitwendige restauratie; het gaandewerk werd niet gereconstrueerd. De molen kreeg alleen een koningspil met het oog op een toekomstige functie. Hierna werd er weer af en toe gedraaid.
Helaas liet de staat van onderhoud na 2000 in toenemende mate te wensen over; vanaf 2006 werd er niet meer gedraaid; later werden ook de roeden kaalgezet.
Laat in 2009 is begonnen met een uitvoerige restauratie. De bedoeling was, dat een compleet gaandewerk zou worden aangebracht, zodat weer sprake zou zijn van een maalvaardige molen. Op zaterdag 27 oktober 2012 werd een maalvaardige korenmolen officieel heropend.
