Molen De Witte Gans / Het Zaandijker Grauw / Het Zaandijker Oud, Zaandijk

Zaandijk, Noord-Holland
v

korte karakteristiek

naam
De Witte Gans / Het Zaandijker Grauw / Het Zaandijker Oud
modeltype
Kantige molen, stellingmolen
functie
oliemolen, papiermolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
06674 z
oude dbnr.
V4824
Meest recente aanpassing
| Conversie

locatie

plaats
Zaandijk
plaatsaanduiding
In het veld achter het Verlanenpad, kort bij de huizen.
gemeente
Zaanstad, Noord-Holland
streek
Zaanstreek
geo positie
X: 115861, Y: 498548
N: 52.47327, O: 4.81117

constructie

modeltype
Kantige molen, stellingmolen
krachtbron
wind
functie
romp
achtkante bovenkruier
inrichting
De molen was ingericht als grauwpapiermolen.
plaats bediening
stellingmolen
bediening kruiwerk
buitenkruier
plaats kruiwerk
bovenkruier
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
verplaatst
geschiedenis
De papiermolen de Witte Gans, die ook wel de namen “het Zaandijker Grauw” of “het Zaandijker Oud” droeg, was de allereerste papiermolen die werd opgericht in de Zaanstreek. De molen werd gebouwd in het jaar 1600 als oliemolen door Pieter Jansz. (van der Ley of Stijfselmaker). In 1600 had hij een molen gebouwd “die nyet grooter te weesen dan gelijck die cleyne startwatermolenkens, die bij een stuck landt off twee geset worden”. Dit laat zien dat zijn molen dus niet tot de grootste behoorde. Pieter Jansz. vroeg echter geen windbrief aan. Van hogerhand had men wel bemerkt dat er een wiekendrager bij was gekomen en prompt moest Pieter Jansz. komen uitleggen waarom hij dit had verzuimd. Volgens Pieter Jansz. had men hem wijsgemaakt dat dit niet nodig was.
Op 23 mei 1601 verkreeg Pieter Jansz. alsnog de windbrief, voor “een seecker cleyn olymolentgen om op een nieuwe manier met steenen alderley saet te breecken”, tevens kreeg hij een windbrief voor een molen om Braziliëhout mee te breken. Dit is “de Parseleimolen” geweest, de allereerste Zaanse verfmolen. Voor de oliemolen moest Pieter Jansz. jaarlijks een bedrag van Fl.2,00 aan windgeld betalen [zie ook Tenbruggencatenummer 12307].
Lang is de molen niet als oliemolen in bedrijf geweest want in 1605 is hij reeds verbouwd tot papiermolen wat blijkt uit het volgende.
Op 12 februari 1605 werd het volgende in een acte geschreven:”Maerten Arisz. onze inwonende buurman op de Zaandijk bekent schuldig te zijn aan Jan Claesz. alias Maetgen onze mede buurman te Saenredam, een jaarlijkse losrente van Fl.18:15:- hoofdsom Fl.300,-, onder verband van “een stucke lants genaempt die Halech, groot omtrent een madt lands, leggende in den ban van Westzaenen, een camp van die Saendijck, neffens die pampiermoelen uijt. Belendt aen de zuijtzijde Gerrit Dirck Buyermans ende aern de noortsijde hij comparant”.
In een akte die drie weken later werd geschreven, wordt de “pampiermoelen” weer genoemd, ditmaal met de naam van eigenaar Pieter Jansz., degene die de molen liet bouwen.
Over de vroege geschiedenis van de molen is verder niet veel bekend. Net als veel andere papiermolens werd de Witte Gans in een rederij gedreven, die voor het grootste gedeelte in handen was van de nazaten van Pieter Jansz. van der Ley. Later versnipperen de aandelen door verkoop en vererving.
In het begin van de achttiende eeuw komt een groot aantal parten van de Witte Gans in bezit van Gerrit Gerritsz. Engel uit Wormerveer. Hij overleed in 1731, waarna zijn vrouw hertrouwde met Hendrik Schoen, die deels eigenaar was van de Zaandijker papiermolens “de Herderin” en “de Hoop”. Na het overlijden van Gerrit Engel kwamen de aandelen van de Witte Gans op naam van zijn 14 jarige zoon Michiel Gerritsz. Engel te staan. Vermoedelijk werd zijn erfenis door Hendrik Schoen beheerd.
In 1739 stierf Hendrik Schoen en werd de Witte Gans verkocht. Op 23 juli 1740 werd geveild:”een hegte sterke grauw pampier molen genaamt de Gans”. De molen werd voor een bedrag van Fl.1450,- gekocht door Pieter Lubbertsz. Koopman.
Pieter Koopman liet het achtkant van de Witte Gans afbreken en plaatste het, hemelsbreed misschien 100 meter verderop, aan de andere kant van de Zaan op de Kalverringdijk. Aldaar werd de molen ingericht als gerstpelmolen en kreeg hij de naam “de Grauwe Gans”.
Op 24 september 1740 werden de resterende droogschuur en de pakkamer geveild, onder de conditie dat zij binnen een halve maand van het erf moesten verdwijnen.
Het erf van de Witte Gans werd op 27 mei 1751 verkocht, bij de verkoping bleek dat de eigenaar van het land recht van overpad had over de brug van het papierpakhuis “het Weefhuis”. Het Weefhuis is nog steeds aanwezig op Zaandijk.

In de loop der jaren heeft de Witte Gans zeker een grote verbouwing ondergaan, het “seecker cleyn olymolentgen” komt beslist niet overeen met de grote kapitale pelmolen die “de Grauwe Gans” was.

Bronnen:
“de Zaende” 6e jaargang 1951 blz. 97-113
“De Papiermolens in Noord Holland” H.Voorn 1960 blz. 339-344
“Duizend Zaanse Molens” P.Boorsma 1968 blz.166
informatie F.Rol

aanvullingen

trivia
De aangeduide locatie op Google Maps is een (betrouwbare) benadering, de exacte locatie van het oude molenerf is niet meer terug te vinden.