Molen Westermolen / Zwetmolen (2e), Jisp

geschiedenis

toestand

verdwenen

bouwjaar

1619

herbouwd

verdwenen

1660

omgewaaid

voorganger

Jisp (Westermolen / Zwetmolen (1e))

geschiedenis

Op 1 juni 1619 kreeg de Jisper Cornelis Pietersz. de windbrief voor De Westermolen uitgereikt. Hij verkreeg hiermee toestemming tot de bouw van een nieuwe meelmolen in Jisp. Mogelijk voldeed de oude standerdmolen (zie de voorganger) niet meer en koos Pietersz. voor een wat ‘moderner’ type, een wipmolen of een achtkant. Wat precies de reden is geweest voor nieuwbouw blijft onbekend.

De Westermolen bleef, in zijn geheel, tot het jaar 1638 in bezit van de familie Pietersz. Op 8 maart van dat jaar verkocht Heertgen Pietersz. een half part in de molen aan de broers Claes en Cornelis Nanninx. Voor dit part betaalden de broers ƒ 1300. Een jaar later kwam dit part in bezit van Pieter Willemsz. Langenberg.
Op 12 juni 1641 kocht Pieter Langenberg het andere part in De Westermolen van de weduwe Claes Pietersz. Ruts, hiervoor betaalde hij ƒ 1510. Alweer een jaar later verkocht Langenberg het halve aandeel in de molen aan Pieter Tijsz., die er ƒ 1377 en vijf stuivers voor betaalde. De handel in halve parten van De Zwetmolen ging nog enkele jaren door.

Op 4 mei 1651 kocht Cornelis Claesz. Sluijs het volgende van Jan Cornelisz. Bijster en Maerten Pietersz.: ”een meelmolen ende molenwerf metten aancleven vandien staende ende gelegen opt westeijnde deses dorps.” Bij deze koop nam Cornelis Sluijs ook een schuld over die nog moest worden voldaan aan Pieter Langenberg.
Het einde van De Zwetmolen kwam in het jaar 1660. Op 19 december van dat jaar woei de molen tijdens een zeer zware storm omver. Naast De Zwetmolen werd ook de oliemolen “Oom Joostsmolen” vernield, voorts werden er op die dag veel huizen beschadigd.

Bronnen:
- “Molens te Jisp” J. Klopper 1992 blz. 19-22
- “het Dorp aan de rivier de Ghyspe” H.P. Moelker 1976 blz. 90-91
- “Zaanlandsch jaarboek” G.J. Honig en S. Lootsma 1934 blz. 155-156
- “Duizend Zaanse Molens” P. Boorsma 1968 blz. 196
F. Rol, Zaandijk