Molen de Rood / Roomolen, Alkmaar

Alkmaar, Noord-Holland
v

korte karakteristiek

naam
Molen de Rood / Roomolen
modeltype
Standerdmolen
functie
runmolen, moutmolen, korenmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
06651 j
oude dbnr.
V4885
Meest recente aanpassing
| Conversie
media-bestand
Molen 06651 j Molen de Rood / Roomolen (Alkmaar)
Gravure C. Pronk

locatie

plaats
Alkmaar
plaatsaanduiding
nabij de Waterpoort
gemeente
Alkmaar, Noord-Holland
streek
Alkmaar
geo positie
X: 112285, Y: 516029
N: 52.63010, O: 4.75630

constructie

modeltype
Standerdmolen
krachtbron
wind
functie
romp
gesloten voet
plaats bediening
plaats kruiwerk
middenkruier
kruiwerk
zetelkruier
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
gesloopt
geschiedenis
Op de kaart van Cornelis Drebbel uit 1597 is de standerdmolen weergegeven. Eerder stond hier de torenmolen De Rode Toren.

Jan Pietersz Hilles, afkomstig uit Sint Maarten (Tenbruggencatenummer 08305), kocht op 13 april 1690 voor ƒ 4100 de helft in een moutmolen staande bij de Waterpoort te Alkmaar.

Op 16 augustus 1692 werd Jan Pieters Hilles genoemd als korenmolenaar te Alkmaar, vermoedelijk woonde hij op 10 september 1697 nog te Alkmaar. Mogelijk is hij nadien naar de molen te Opmeer (Tenbruggencatenummer 00774) vertrokken om vandaar naar De Bocht in de Zijpe te gaan (Tenbruggencatenummer 06656 p).

Bronnen onder meer:
- "De families Hilles, De Geus en Tol -- drie verwante korenmolenaars-geslachten uit Sint Maarten, de Zijpe en Warmenhuizen", artikel door J.P. Geus in Zicht op Haringcarspel dec. 2002.
- "Eigenaren en bewoners van de korenmolen te Warmenhuizen", artikel door J.G. van Beek in "Zicht op Haringcarspel" mei 2000.
Beide met dank aan Theo Molenaar.
-----

Eigenaren uit het verpondingsregister (historisch kadaster RAA, perceelnummer Kad.B1211-a): 1730: Willem Jansz en Meyndert Hoogwater f20. In 1770 afgebroken en verponding van f20 op nihil.

1770.09.04: Aanzegging van burgemeesters aan Jan Stuit om de grond op de stadswal waar de meelmolen De Rood gestaan had, te vlakken en opruimen. Eerder (1716) gebruikt als moutmolen Bron: C.W. Bruinvis, De molens van Alkmaar, p. 23.

aanvullingen

trivia
302. 1574, december 10.
"Burgemeesters van Alcmaer komen overeen met Aelbert Evertsz. Rinmoller dat deze als betaling voor het erve, waarop zijn runmolen en huis gestaan hebben en die tijdens het beleg zijn verbrand, alsmede voor het verhogen van het erve tegenover de zoutketen, in gebruik zal hebben het blokhuis van de Rootoren om daarop een runmolen te zetten, alsmede het erve beoosten Michiel Comen Louwen huis met 2 roeden water, zo ver als de wal van Lutkoudorp strekt, onder voorwaarden, dat hij het blokhuis zal onderhouden en er een borstwering op zal zetten, alsook dat het blokhuis aan de stad zal terugkomen als de molen wordt weggenomen. Van het erve zal de stad anderhalve roede aan het water behouden, die hij niet zal mogen betimmeren, doch zal gebruiken om schors te drogen."
Chirograaf op papier. Inv. nr. 1746.
Bron: Inventaris stadsarchief Alkmaar 1254-1815, deel 2. Regestenlijst 1254-1810.

Uit de vele ooggetuigenverslagen en andere bronnen die W.A. Fasel heeft samengebracht in zijn 'Alkmaar en zijne geschiedenissen 550-1600' (Alkmaar, 2012), blijkt dat de tijdens het beleg verbrande runmolen en het bijbehorende huis bij de Boompoort stonden, ten oosten van de zoutketen, ware het niet dat de Boompoort met bolwerk toen nog niet bestond. Rond die molen is hevig gevochten door Alkmaarders en Spanjaarden tijdens het beleg, waarbij die molen vernietigd werd. Voor verdere details zie die molen (Tenbruggencatenummer 17653). Die molen is dus organisatorisch de voorganger van deze molen.
-----

"Runmolen Alkmaar op 't water (appointement 1549), geset door Lourens Arentsz. Nu eigendom Albert Cornelis en Jan Meeuwis. 2 pond (windpacht)."

Bron: Notities uit de reeckeningen van Johan Colterman, rentmeester-generaal van Kennemerlant ende Westvrieslant, 1603. Aantekeningen van Simon Hart, voormalig directeur van het Amsterdamse stadsarchief, onderzoeker in de 1940-er en 1950-er jaren. Overgenomen door J.W. van Sante, archivaris in de 1950-er en 1960-er jaren, gemeentearchief Zaanstad.
Ron Couwenhoven, 15 nov. 2019.

NB Het is geenszins zeker dat deze notitie bij deze molen hoort!