Molen Polder 200, Langweer/ Langwar

Langweer/ Langwar, Fryslân
v

korte karakteristiek

naam
Polder 200
modeltype
Onbekende windmolen
functie
poldermolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
03624 b
oude dbnr.
V10429
Meest recente aanpassing

locatie

plaats
Langweer/ Langwar
plaatsaanduiding
ten ZO en vlak bij 't Koevorderhuis
gemeente
De Fryske Marren, Fryslân
plaats(en) voorheen
Koevorderhuis
streek
Doniawerstal
kadastrale aanduiding 1811-1832
Langweer G (2) 74 Arjen Gjalts Brouwer, bakker, en mede E.
geo positie
X: 175536, Y: 553796
N: 52.97078, O: 5.69290

constructie

modeltype
Onbekende windmolen
krachtbron
wind
functie
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
1855 - 1873
geschiedenis

Bemaalde de polder 200 (55 ha).
Bron: archief Ten Bruggencate.

De molen diende mogelijk ook enige tijd als graanpletterij, zie hiervoor Tenbruggencatenummer 03624 c.

De molen staat nog op de Veldminuut van 1855, niet meer op de waterstaatskaart van 1873.
-----

De molen staat al aangegeven op een kaart van Huegenin uit 1823. De polder was toen nog kleiner dan Eekhoff aangaf. Volgens de LC van 11 oktober 1842 viel er op dat moment 43-78-80 ha onder de polder bij Koeverderhuis.

De oude molen is pas aanwijsbaar verdwenen rond de tijd dat die van 1879 verscheen, zie Tenbruggencatenummer 12913. Dat maakt het voor mij het meest aannemelijk dat die twee een relatie hadden en dat de olie/watermolen op zichzelf stond. Als hij de bemaling aankon, waarom is er in 1879 dan een molen bijgebouwd en stonden er voor die tijd ook twee?
De nieuwe plaats van de voornaamste bemalingsmolen in 1879 is logisch: op alle eerdere kaarten (ook de nettekening van de TMK, zie bijlage) staat in de noordoosthoek van de polder een gebied dat kennelijk wordt verveend. Dat zal zijn drooggelegd na plaatsing van de nieuwe molen, zodat het met de polder droog kon worden gehouden.
Dick Bunskoeke, 24 nov. 2012.