Molen Eerstegang ondermolen (nr. 1), Purmer

geschiedenis

toestand

verdwenen

bouwjaar

1621

verdwenen

1880

afgebroken

geschiedenis

Deze molen(gang)

Een ongeluk gebeurde in 1683. Claes, het driejarige zoontje van Jan Sijmonsz en Marij Claes op de eerste molen, was aan het einde van de morgen aan het spelen op het erf. Op de een of andere manier viel hij in een afwateringssloot en verdronk. Zijn vader, druk bezig met werk in de polder (regelmatig bezig met het uitdiepen van notsloten, hij had ook het erf rond de eerste molen opgehoogd. Wrang genoeg had Jan Sijmonsz ook de sloot bij zijn molen zelf uitgediept), vond hem tegen twaalven. Alle gevonden lijken moesten door de stadsofficier (Jacob Brasker) en twee schepenen worden gevisiteerd en ook in dit geval gebeurde dat. Op die manier stelde men vast of het wel een ongeluk betrof, maar hier was van een misdrijf inderdaad geen sprake ...

In 1655 was de molenaar Tjaert Willemsz., in 1814 Dirk Kleijenberg (ovl. 1821).

De molen is verdwenen na de bouw van het stoomgemaal aan de noordelijke Purmerdijk. Op 14 mei 1880 werd hij voor ƒ 817,= op afbraak verkocht aan C. Blankevoort te Monnickendam.

Bronnen:
- De zeeweringen en waterschappen van Noordholland, Mr. G. de Vries Azn., 1864.
- Molens van Edam door D.M. Bunskoeke, 1999.

De droogmaking van de Purmer

Voor meer informatie over de Purmer, klik door naar de Eerstegang bovenmolen.