Ongeveer 1 km. ten noordwesten van Ovezande staat in het gehucht Blazekop deze achtkante beltmolen uit 1884. Voorheen stond hier een in 1863 verdwenen standerdmolen.
De huidige molen was oorspronkelijk poldermolen te Eemnes (Ut.) en is hier als korenmolen herbouwd.
In 1887 verwierf A. de Bie de molen uit een nalatenschap van A.M. Rijk. In 1906 kocht Jac. de Baar de molen en richtte met zijn drie zonen een handelsfirma op.
In 1935 werd deze molen, als eerste in Nederland, uitgerust met het systeem Bilau. Dit werd hier op de buitenroede aangebracht. Het systeem werkte op zich goed, maar een groot succes werd het niet: het was te zwaar en na de tweede roedebreuk (1942) is het weer verwijderd. De toen gebroken Potroede werd (tegen betaling in natura, het was oorlog!) opgelapt en zou het nog tot 2010 uithouden.
Tot 1955 was de molen in bedrijf met twee koppel 17der blauwe en een koppel 16der kunststenen. Daarna is op de begane grond een 40 PK elektromotor geplaatst met een koppel blauwe en kunststenen en twee mengmachines. De twee elevators van begane grond naar de eerste zolder en het luiwerk om de zakken te hijsen werden door elektromotoren aangedreven. De laatste jaren werd alleen nog veevoer gemalen.
In deze opstelling heeft dit maalbedrijf tot en met 1985 gefunctioneerd.
Intussen had de molen in 1969 herstelbeurt ondergaan die hier was uitgelopen op een complete metamorfose: de houten bekleding met dakleer van zowel romp als kap werd vervangen door riet. De molen zag er daarna zonder meer fraai uit maar zó had deze molen er in Ovezande nooit eerder uitgezien.
Na die grote herstelbeurt heeft men niet meer op windkracht gemalen; wél liet molenaar De Baar het wiekenkruis regelmatig rondgaan. Maar mede als gevolg van zijn slechter wordende gezondheid werd dat in de loop der jaren steeds minder; in 1995 gebeurde dit voor het laatst. Daarna raakte de molen snel in verval.
Inmiddels was vereniging 'Vrienden van molen De Blazekop'' opgericht. Deze trok zich het lot van de molen aan en streefde naar herstel. In eerste instantie werd de kap, waar het riet al grotendeels van verdwenen was, afgedekt met een groot zeil.
Op 1 december 2005 besloot de gemeente Borsele garant te staan. De molen werd in 2007 eigendom van de Stichting Monumenten Goes. Deze kocht hiermee niet alleen de molen, maar ook de grond, molenaarswoning en twee schuren.
In juni 2010 is begonnen met de dringend noodzakelijke restauratie: beide roeden werden gestreken en de kap afgenomen. Die laatste heeft men naast de molen gerestaureerd. Ook viel toen het besluit, het systeem Bilau hier te reconstrueren.
In maart 2011 is de geheel herstelde kap weer aangebracht. Gedekt met dakleer, dus in ieder geval in stijl met de situatie, zoals die vóór 1969 was. Het is de bedoeling dat, zodra daar aanleiding toe is, ook de bedekking van de romp weer wordt uitgevoerd in dakleer. Nu volstond men met reparatie van het rietdek.
Begin juni 2011 werden de nieuwe roeden gestoken; op 22 juni werd er proefgedraaid. De veren van het Bilausysteem zijn afkomstig van de (allang weer verdwenen) fokken van De Roode Leeuw te Gouda; eerst als proef, maar de ruim 25 jaar(!) oude veren bleken nog in zo'n conditie dat is besloten ze in Ovezande te handhaven. Het Bilausysteem kan overigens ook via de doorboorde as worden bediend.
Een bijzonder detail: in de vloerlaag van de eerste zolder zijn onderdelen van een oud houten scheprad verwerkt, deze laten zich als zodanig nog goed herkennen. Is dit afkomstig van de vorige standplaats?
Ook hadden de windgedreven maalstenen vroeger een regulateur. Deze kan zijn verwijderd na het aanbrengen van het Bilausysteem (daar dit systeem voor een zeer vaste draaisnelheid zorgt).