Molen Sint Jan, Stramproy

Stramproy, Limburg
b

korte karakteristiek

naam
Sint Jan
modeltype
Standerdmolen, grondzeiler
functie
korenmolen
bouwjaar
herbouwd
1804
bedrijfsvaardigheid
Maalvaardig
bestemming

V/h. het malen van graan, thans buiten bedrijf

adres
Molenweg 16
6039 RH Stramproy
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
fietsroute
fietsroute in de buurt van Sint Jan via fietsnetwerk.nl
Ten Bruggencate-nr.
00185
oude dbnr.
B470
Meest recente aanpassing
| Foto
media-bestand
Molen 00185 Sint Jan (Stramproy)
Marcel van Nies (13-6-2018)

locatie

plaats
Stramproy
plaatsaanduiding
gemeente
Weert, Limburg
kadastrale aanduiding
Gemeente Stramproy, sectie B, nr. 779
geo positie
X: 178793, Y: 356184
N: 51.19457, O: 5.72758
biotoopwaarde
2 (bedenkelijk)
landschappelijke waarde
Uit oostelijke richtingen een goede windvang en van verre zichtbaar; uit overige richtingen wordt de waarde verminderd door bebouwing

contact en bezoek

bezoek/postadres
Molenweg 16
6039 RH Stramproy
molenaar
Math Beeren / Ton Verspeek / Lucas Custers / Marko Barendregt / Koos van Lieshout
telefoon
0495-563352 of 06-48138738 (Molenaar Math Beeren)
open voor publiek
ja
open op zaterdag
ja
open op zondag
nee
op afspraak
ja
openingstijden

Regelmatig open voor bezoek. Raadpleeg de agenda van molensinweert.nl. Afspraak is mogelijk via het mailadres.

toegangsprijzen
winkelinformatie
meelverkoop
nee
museuminformatie
gericht op scholen
nee
bijzonderheden

constructie

modeltype
Standerdmolen, grondzeiler
krachtbron
wind
functie
romp
Kast gedekt met houten delen, donkerrood geverfd. Borst gedekt met eiken schaliën.
kap
Gedekt met eiken schaliën
inrichting

Eén koppel 17der kunststenen; kammenluiwerk

versieringen

Op de windpeluw staat aan de uiterste linker- en rechterzijde op sierlijke wijze ingesneden: "St. Jan" en "1783".

plaats bediening
grondzeiler
plaats kruiwerk
middenkruier
kruiwerk
Zetelkruiwerk, kruihaspel
vlucht
24.70 m.
vang
Vlaamse vang; vangbalk met haak; binnenvangstok
overbrenging

Bovenwiel 73 kammen
Steenschijfloop 15 staven
Overbrengingsverhouding 1 : 4,87

N.B. De achtermolen is niet meer aanwezig.

hoogte
wiekvorm
Oud-Hollands
Kantel uw mobiel om de tabellen helemaal te zien
wiekenkruis
fabrikant roenummer positie bouw fabricagejaar jaar gestoken positie jaar verdwenen lengte
Verdonkschot ✉︎ 3 binnen 2009 2009 binnen aanw. 24,70
Derckx ✉︎ 751 buiten 1993 1993 buiten aanw. 24,70
Derckx ✉︎ 2 buiten 1969 1969 buiten 1993 24,60
Pot ✉︎ 2134 buiten 1909 1909? buiten 1969 24,71
Pot ✉︎ 1804 binnen 1898 1898? binnen 2008 24,63
wiekverbeteringen

Tussen 1939 en 1968 was op beide roeden het systeem Van Bussel aanwezig. Bij de daarop volgende restauratie is weer gekozen voor Oud-Hollandse ophekking.

bovenas
fabrikant asnummer fabricagejaar jaar gestoken jaar verdwenen lengte
onbekend ✉︎ ? ? aanw.
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
werkend
bouwjaar
bedrijfsvaardigheid
Maalvaardig
bestemming

V/h. het malen van graan, thans buiten bedrijf

omwentelingen
geschiedenis

De huidige standerdmolen Sint Jan had tenminste één voorganger. Op 31 augustus 1571 gaven abdis Margaretha van Brederode en het kapittel van het Stift in Thorn hun windmolen, staande voor het dorp Stramproy, in de heide aan de rivier de Siep met alle huizingen, landen en weiden in eeuwige erfpacht uit aan Cornelis Souts.

In 1804 werd de standaardmolen naar zijn huidige standplaats dichter bij het dorp verplaatst. Mogelijk stond de molen op de eerdere plaats te ver van de bebouwde kom en had daardoor te weinig klandizie.
Ten tijde van die verplaatsing was de Sint Jan eigendom van oom en neef Hendrik en Willem Veltmans. Na het overlijden van Hendrik in 1812 vererfde de molen aan verdere verwanten van de familie Veltmans.
Bij deling in 1856 kwam de molen met aanhorigheden voor de helft op naam van Catharina Veltmans, echtgenote van Job Hubert Smeyers, die molenaar op de molen was, en voor de andere helft op naam van de erfgenamen van Willem Veltmans (die in 1841 was gestorven). Bij deling in 1876 werd de molen toegewezen aan Cato Smeyers en de mede-erfgenamen van Willem Veltmans. Drie jaar later werd Smeyers voor 3/4 deel eigenaar; mede-eigenaren voor 1/4 deel waren Jan Mathijs, Willem, Peter Jan en Christiaan Teeuwen, alsmede Jacobus Leyssen. Willem Teeuwen was landbouwer in Hunsel-Haler; de overige waren landbouwers in Stramproy.
In die jaren werd de molen bemalen door Jan Mathijs Ament, getrouwd met Maria Catharina van de Winkel, die in de jaren zeventig in Klimmen een windmolen liet bouwen. In 1898 werd de molen op verzoek van de toenmalige eigenaren of hun erfgenamen, openbaar verkocht. Eigenaar werden Jean Henricus en Theodorus Maes, bierbrouwers te Stramproy.

In 1901 en 1902 werd bij de molen een magazijntje gebouwd. De molen werd toen verhuurd aan Hubert van de Winkel. Deze was, samen met zijn jongere broer Leo ('Lei') in loondienst bij de familie Maes (geen pachter dus). Lei kwam al sinds 1908 op de molen. Zijn molenaarschap werd door een diensttijd (die als gevolg van de Eerste Wereldoorlog 46(!) maanden zou duren), onderbroken. Toen Hubert in 1918 tengevolge van de Spaanse griep overleed, mocht Lei vervroegd afzwaaien om de molen over te nemen. Hij zou tot aan zijn dood bij de Sint Jan betrokken blijven.
Bij boedelscheiding in 1924 werd de molen met aanhorigheden toegewezen aan Michiel Maes, brouwer te Stramproy.

In 1939 bracht Adriaens stroomlijnwieken volgens Van Bussel aan, hetgeen een aanzienlijke verbetering was. In 1948 werd een elevator op de molen geplaatst; hiermee kon losgestort maalgoed van de eerste zolder naar het kaar boven de stenen op de tweede zolder worden getransporteerd. De ‘achtermolen’ sneuvelde hierbij (en bevindt zich sindsdien in de standerdmolen van het Belgische Bokrijk).

Bij langdurige windstilte ging men naar de Broekmolen om te malen. Op zijn beurt kwam de molenaar van de Broekmolen bij langdurige ijsgang op de beek naar de Sint Jan om er zijn 'püngelkes' graan te malen. Omstreeks 1950 werd een kleine elektrische hamermolen in gebruik genomen. 

Op het einde van de jaren vijftig verliep het gemaal, voornamelijk als gevolg van een nieuw opgezet actief beleid van de Boerenbond. Tot een overeenkomst met de Boerenbond kwam het niet. Eigenaar Maes wilde wel; Lei zou dan in dienst van de Boerenbond treden en de molen zou worden gesloopt(!) zodra Lei gepensioneerd werd. Lei wilde echter onder geen beding bij de Boerenbond te werk gesteld worden. Kennelijk zat er nog van allerlei oud zeer!

De familie Maes verkocht de windmolen in 1960 aan Machiel Antonius 'Mies' Vermeulen uit Weert, onder voorwaarde dat Lei zou blijven malen. Aldus geschiedde. Dit redde de molen feitelijk van de ondergang.
Helaas kon Vermeulen vervolgens de molen niet bij zijn plannen betrekken: hij kreeg geen vergunning om naast de molen een filiaal van zijn veevoerbedrijf te bouwen en verkocht de molen in 1966 tenslotte voor ƒ 8.000,-- aan de gemeente Stramproy. Op dat moment was er al sprake van verval: Vermeulen had geen zakelijke belangen meer bij de molen en liet  onderhoud achterwege. ('Mies' Vermeulen overleed op 29 maart 2012, maar liefst 105 jaar oud).

Door de inzet van burgemeester Van Berckel kon al kort na de aankoop van 1966 een restauratieplan worden opgesteld. De uitvoering daarvan vond in de jaren 1968-1969 door de firma Adriaens plaats. Op 13 september 1969 werd de molen met een groots Limburgs molenfeest geopend.
Lei van de Winkel was ondertussen nog altijd verbonden aan 'zijn' molen. Hij kreeg na de restauratie bekendheid als instructeur bij de opleiding van vrijwillige molenaars en door zijn hulp om windmolens in maalvaardige staat te brengen. Hij deed dit werk met veel enthousiasme en een ongelooflijke veerkracht tot zijn 80ste levensjaar. Hij overleed op 24 juli 1980 op 85-jarige leeftijd, na een welbesteed molenaarsleven.

De molen is fraai afgewerkt. De kap en het stormeind zijn met eiken schaliën gedekt. Ook het wachthuisje op het bordes werd vernieuwd. Het oude pakhuis naast de molen werd later als museum voor boerderijgereedschappen en werktuigen ingericht. Bij de restauratie van 1968/69 werd de later aangebrachte elevator weer verwijderd; de achtermolen keerde echter niet terug.
Met deze restauratie wijzigde het uiterlijk van de molen nogal: vóór 1968 was de onderbouw geheel zwart geteerd, de deuren waren lichtgroen. De kast was geheel grijs met witte biezen, galerij, staart en schoren eveneens grijs. De windpeluw wit, voorkeuvelens groen met rode rand. De askop wit met rode randen en ster en de roeden grijs.

Tot begin 2007 werd er geregeld gedraaid; toen volgde stilstand vanwege de minder goede staat van staartbalk en trap.
In 2008/2009 voerde de firma Adriaens een grote herstelbeurt uit. Vernieuwd werden binnenroede, buitentrap en kapbedekking. Hersteld werden kruisplaten en steekbanden, metselwerk van de onderbouw, een hoekstijl en het luiwerk. Verder een houtwormbehandeling en een schilderbeurt. Niet in de minste plaats: het koppel stenen maakte men weer maalvaardig. Sindsdien is de molen weer regelmatig in bedrijf.

De molen wordt in opdracht van de gemeente Weert beheerd door de Molenstichting Weerterland.

 

aanvullingen

literatuur

J.S. Bakker, Stramproy: 'Onthulling borstbeeld molenaar Lei van de Winkel', in: De Molenaar 25 (1990)  793 - 795

foto's

foto's