De Sterrenberg
7948 AL Nijeveen
N 52.732510 O 6.168524
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Toon deze molen in Google Streetview
Dinsdag 9:00 - 12:00 uur, zaterdag 9:00 - 12:30 uur en op afspraak.
Meelverkoop.
Dinsdag 9:00 - 12:00 uur, zaterdag 9:00 - 12:30 uur en op afspraak.
Meelverkoop.
Houten achtkant, gedekt met riet, op stenen onderbouw
Gedekt met riet
Deze molen heeft vanaf de (her)bouw in Nijeveen zelfzwichting met Oud-Hollandse voorzomen gehad.
|
Eén koppel 15der blauwe en één koppel 17der kunststenen; buil; sleepluiwerk; een klein elektrisch aangedreven koppel stenen op een maalstoel op de maalzolder.
Bovenwiel 61 kammen
Bovenbonkelaar 30 kammen
Spoorwiel 86 kammen
Steenschijflopen 28 staven
Overbrengingsverhouding 1 : 6,25
Eenvoudige baard, wit geverfd, rood afgebiesd, met het opschrift 'Sterrenberg"
In het rietdek is het jaartal '1977' aangebracht.
In de onderbouw een gevelsteen met het opschrift:
"Gebouwd Weener
1786
Herbouwd Nijeveen
1977".
De Sterrenberg is oorspronkelijk gebouwd in het Duitse Weener (Oost-Friesland) en was daar in bezit van de familie Sterrenberg en dateerde uit 1786. Door modernisering van het maalbedrijf werd de windaandrijving overbodig en kwam de molen in verval.
In het Drentse Nijeveen ontwikkelde men in de jaren '70 van de 20ste eeuw plannen om weer een molen te krijgen: sinds 1928 was dit dorp, na de sloop van de stellingmolen daar, molenloos. Na een bezoek aan het Duitse Weener viel de keuze op dit daar voor de sloop te koop staande achtkant.
In 1976 werd te Nijeveen met de werkzaamheden begonnen, intussen begon men in Weener met de afbraak. Met groot succes: op 13 januari 1977 werd het geheel gerestaureerde achtkant en de kap op de nieuw gemetselde onderbouw geplaatst. Het molenmakerswerk werd verricht door de fa. Schakel & Schrale uit Exmorra, het metselwerk van de onderbouw was verricht door fa. Elpenhof uit De Wijk.
Z.K.H. Prins Claus stelde, in zijn functie als beschermheer van De Hollandsche Molen, op 11 augustus 1977 deze molen officieel in gebruik.
Als technische bijzonderheid voor Nederlandse molens heeft deze molen naast de zelfzwichting ook zijn voor Oost-Friesland kenmerkende zelfkruiing d.m.v. een windroos op de kap behouden. Dit wil zeggen dat de kap met daarin het wiekenkruis automatisch op de wind wordt gehouden.
In maart 1995 liep de molen enige stormschade op. Diverse kleppen van de zelfzwichting wieken werden toen weggeslagen. In de daarop volgende zomer was de molen gerepareerd.
In 2002/2003 heeft de molen groot onderhoud gekregen aan het zelfzwichtingssysteem. Dit systeem wijkt af van wat in Nederland (en ook Duitsland) gebruikelijk is: de treklat die de kleppen met elkaar verbindt, zit aan de achter- en niet aan de voorzijde.
De molen is compleet voor het maalbedrijf ingericht met o.a. een buil.
In het late najaar van 2021 stond men met deze molen voor een nieuwe uitdaging: de kap moest eraf, voornamelijk vanwege de voeghouten, die inmiddels te slecht waren om de constructie nog te kunnen dragen.
Op 29 juni 2022 plaatste de firma Vaags de geheel gerestaureerde kap, compleet met windroos. De roeden volgden direct daarna. De molenaars hadden intussen in eigen beheer het kruiwerk hersteld. Wel was er enige discussie over de kwaliteit van het houten gedeelte van de bovenas.
Op 1 oktober 2022 volgde, bij een prima wind, de officiële ingebruikname.
Eén van de weinige en tevens de grootste molen in Nederland, uitgerust met zelfkruiing. In verband hiermee bestaat de bliksembeveiliging uit een lange pen bovenop de kap (de molen kan immers niet op een normale wijze aan de ketting worden gelegd).
In tegenstelling tot de andere zelfzwichtende molens in Nederland lopen de treklatten achter de kleppen langs. Overigens is dit ook geen typische Oostfriese eigenschap; het is een uitzondering op de regel.
Deze molen is, na gereedkomen van de herbouw in Nijeveen, vernoemd naar de Duitse oud-eigenaar die zijn molen voor dit doel beschikbaar had gesteld.
Tekst | | Stuur ons uw teksten over de motor in deze molen (indien van toepassing) |
Foto's |