Molen 't Lam, Woudsend

Woudsend, Fryslân
b

korte karakteristiek

naam
't Lam
modeltype
Kantige molen, stellingmolen
functie
korenmolen, pelmolen
bouwjaar
bedrijfsvaardigheid
Maalvaardig
bestemming

Het malen van graan en het pellen van gerst op professionele basis

adres
Molestrjitte 4
8551 NZ Woudsend
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
fietsroute
fietsroute in de buurt van 't Lam via fietsnetwerk.nl
Ten Bruggencate-nr.
03295
oude dbnr.
B163
Meest recente aanpassing
| Kleine correctie(s)
media-bestand
Molen 03295 't Lam (Woudsend)

Ceryl van den esker (26-8-2023) 
De molen met zijn nieuwe zeilen.

locatie

plaats
Woudsend
plaatsaanduiding
gemeente
Súdwest-Fryslân, Fryslân
kadastrale aanduiding
Gemeente Woudsend, sectie A, nr. 2228
geo positie
X: 171111, Y: 550736
N: 52.94343, O: 5.62688
biotoopwaarde
3 (matig)
landschappelijke waarde
Groot

contact en bezoek

bezoek/postadres
Molestrjitte 4
8551 NZ Woudsend
molenaar
Cees Nootenboom en anderen
telefoon
0514-592463 / 0514-591659
social media
open voor publiek
ja
open op zaterdag
ja
open op zondag
nee
op afspraak
ja
openingstijden

Molen: zaterdag 10.00 - 17.00 uur en op afspraak
Winkel: woensdag 13.00 -17.00 uur; donderdag, vrijdag en zaterdag 10.00 - 17.00 uur.

toegangsprijzen
winkelinformatie
meelverkoop
ja
museuminformatie
gericht op scholen
ja
informatie voor scholen

Op afspraak per mail of telefoon

AKG lid
ja
bijzonderheden

constructie

modeltype
Kantige molen, stellingmolen
krachtbron
wind
kenmerken
functie
romp
Houten achtkant, gedekt met riet, op stenen onderbouw
kap
Gedekt met riet
inrichting

Twee koppel 16der blauwe stenen, één pelsteen, twee builen, mengketel, pletter, sleepluiwerk (voormalig kammenluiwerk)

versieringen

Geschilderd naambord op het onderachtkant met daarop een lam. (Grappig is, dat men zomer en winter deze afbeelding wisselt). 

plaats bediening
stellingmolen
bediening kruiwerk
buitenkruier
plaats kruiwerk
bovenkruier
kruiwerk
Neutenkruiwerk met 16 neuten; kruihaspel
vlucht
20,00 / 20,15 m.
vang
Vlaamse vang mét stut; vangbalk met duim; vangstok
overbrenging

Bovenwiel 53 kammen
Bovenbonkelaar 26 kammen, steek 13,1 cm.
Spoorwiel 91 kammen
Steenschijflopen maalwerk 30 en 28 staven, steek 8,6 cm.
Steenschijfloop pelwerk 21 staven
Overbrengingsverhouding maalwerk 1 : 6,18 / 1 : 6,62
Overbrengingsverhouding pelwerk 1 : 8,83

hoogte
van de stelling: 5,10 m.
wiekvorm
Oud-Hollands
Kantel uw mobiel om de tabellen helemaal te zien
wiekenkruis
fabrikant roenummer positie bouw fabricagejaar jaar gestoken positie jaar verdwenen lengte
Vaags ✉︎ 401 buiten 2018 2018 buiten aanw. 20,15
Vaags ✉︎ 402 binnen 2018 2018 binnen aanw. 20,00
Buurma ✉︎ 17 binnen 1971 1972 binnen 2018 20,00
Buurma ✉︎ 18 buiten 1971 1972 buiten 2018 20,00
Pot ✉︎ 2329 binnen 1915 1915 binnen 1971 20,00
Pot ✉︎ 2330 buiten 1915 1915 buiten 1971 20,15
wiekverbeteringen

Op deze molen is nooit een wiekverbetering toegepast.

bovenas
fabrikant asnummer fabricagejaar jaar gestoken jaar verdwenen lengte
NSBM Fyenoord ✉︎ g.n. 1852 1915? aanw.
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
werkend
bouwjaar
circa
bedrijfsvaardigheid
Maalvaardig
bestemming

Het malen van graan en het pellen van gerst op professionele basis

omwentelingen
geschiedenis
Deze molen wordt reeds in 1698 vermeld: Dirck Tjebbes koopt dan 'een seker houten huis en gortmolen tot Woudsend'. Evenwel gaat het daarbij niet om de huidige molen: die moet van ca. 1742 dateren. Dendrochronologisch onderzoek (onderzoek naar de leeftijd van het toegepaste hout) stelt dat de bomen waarvan het grenen achtkant is gemaakt, in 1739/40 moeten zijn gekapt.

Op 12 juli 1775 verscheen in de Leeuwarder Courant een advertentie, dat de reparatiewerkzaamheden aan de korenmolen te Woudsend werden aanbesteed.

In januari 1837 beveelt M.A. Tromp zich aan als nieuwe eigenaar. In 1839 vindt er een finale toewijzing plaats (wegens verandering van bedrijf) van: een bijna geheel verbeterde rog-, tarwe-, pel-, mout- en mostaardmolen, het Lam genaamd, in gebruik bij de eigenaar M.A. Tromp’. Geboden wordt ƒ 4200,25.
Per 1 mei 1839 wordt te huur aangeboden: "een koorn-, pel-, mout- en mostaardmolen, het Lam genaamd, eigen aan M.A. Tromp". In 1840 vindt er opnieuw een finale veiling plaats van: eenen rogge-, tarwe-, pel- en mostaardmolen, het Lam genaamd, met vier paar stenen, zijnde hoog op stelling 6 el en 2 palm en hebbende eene vlugt van 23 el en 5 palm. Geboden ƒ 2600,--.
In 1848 vindt er weer een verkoop plaats: geboden is ƒ 2525,--. In 1849 gekocht door Carl Johan Albert Siegert voor ƒ 4500,-- van Wietse Hettema: 'een rogge-, tarwe-, pel- en mosterdmolen met de annex huizinge, groot twee roeden en 40 ellen'.
In 1870 vindt er een finale toewijzing plaats van: 'een rogge-, tarwe-, pel- en mostardmolen, het Lam genaamd; toebehorende tot de nalatenschap van wijlen C.J.W.Siegert'. Geboden ƒ 2526,--. Carl Albert droeg het bedrijf over aan zijn zoon Carl Ernst Hugo Siegert, die in 1915 de molen overdroeg aan zijn zoon Foeke Siegert. In 1935 ging het bedrijf naar zijn zoon Carl Ernst Hugo.

In 1915 brak één van de houten roeden. Dit was aanleiding om nieuwe roeden te bestellen en ook de bovenas te vervangen. Deze tweedehands as was waarschijnlijk afkomstig van de in 1914 door brand verwoeste graan- en specerijmolen 'Windlust', van het Zomerrak te Sneek. De nieuwe Potroeden werden gestoken door Jan Piers Oly uit Sneek. Aan te nemen is, dat hij ook de bovenas stak. Vermoedelijk deed hij dit met gemengde gevoelens: hij was namelijk de bouwer van de verbrande molen geweest!

De molen heeft in de periode 1940/45 nog dienst gedaan, al was in 1943 duidelijk dat de stelling slecht werd. Tot 1959 bleef de molen in de fam. Siegert, in dat jaar kocht Bauke Lyklema de molen. Die laatste verkocht de molen al in 1960 voor ƒ 4500,-- aan de gemeente.

Restauraties vonden plaats in 1948 en 1970/71, waarbij resp. een nieuwe stelling en gevlucht werd aangebracht. In 1992/93 reparaties aan kap, tafelementen, staartbalk, een voeghout, lange spruit en de penbalk, tevens werd een tweede koppel (gebruikte) stenen geplaatst. De molen was tot die tijd uitgerust met een koppel 16der blauwe stenen met een zwaaischerpsel van negentig kerven. Het werk werd uitgevoerd door Hiemstra uit Tzummarum, kosten ƒ 288.300,--. De ingebruikname was op 11 september 1993.

In 1999 werd de gemeente Wymbritseradiel voor ƒ 235.000,-- eigenaar van de naast de molen staande molenaarswoning en liet deze aan de buitenzijde in de oorspronkelijke staat terugbrengen. Binnen werd een moleninformatiecentrum ingericht, dat op 23 september 2000 werd geopend. Op 11 november 2000 werd er voor het eerst in jaren weer gepeld.

De onderbouw werd in 2007 verfvrij gemaakt en opnieuw gevoegd; later werd dit opnieuw gewit. In 2010 is divers onderhoud uitgevoerd, zoals een bredere bordopzet van het wiekenkruis (vooral belangrijk vanwege het pellen). Begin 2012 een nieuwe koningspil, kruihaspel en opknappen van het schijfloop van het koppel tarwestenen.

In maart 2018 werden de 47 jaar oude gelaste roeden gestreken. Deze zijn enige tijd daarna vervangen door nieuwe geklonken roeden, geheel naar model-Pot.

Een opvallend constructiedetail: bij deze molen ligt de lange spruit onder de voeghouten halfhouts ingekeept. Bovenop de voeghouten zijn zware houten platen met bouten bevestigd. Ook de lange spruit is op deze manier verstevigd. Deze opmerkelijke (en technisch bepaald weinig gelukkige) constructie is hier en daar in Friesland te vinden, maar dan overwegend bij kleine molens.

 

aanvullingen

literatuur
Jan Hofstra, Ouderdom molens blijkt door jaarringenonderzoek anders dan gedacht, in: De Nieuwe Molenwereld 1 (juni 2018), pp. 55-60.
Willem Roose, Multi-functionele molenaar Cees Notenboom, in: Molenwereld  7/8 (juli-aug. 2001) pp. 190 - 194.

foto's

foto's