Deze molen heeft een voorganger gehad, een achtkante grondzeiler. Die brandde op 23 september 1872 af.
Op de plaats van de verbrande molen liet molenaar Markusse een forse ronde stenen molen bouwen. Molenmaker Van Riet uit Goes zorgde voor het gaandewerk, het metselwerk werd verricht door enige aannemers uit Cortgene zelf. Het leverde een prima maalbare molen op.
Volgens overlevering lag ten tijde van de brand de nieuwe bovenas klaar om te worden gestoken. Gezien het gietjaar van de as en het bouwjaar van de huidige molen, lijkt dit verhaal te kloppen.
Jacobus 'Ko' Snoep, eigenaar van 1 januari 1937 tot zijn overlijden op 25 februari 1967, bouwde zijn molen steeds meer om tot een maalbedrijf. In 1953 kwam de windkracht geheel buitenspel te staan en drie jaar later werd het maalwerk grotendeels naar beneden verplaatst, om daar mechanisch te worden aangedreven. Als gevolg kwam de molen zelf in verval. Dat was sterk te betreuren, want rond 1940 gold dit nog als één van de meest doelmatig ingerichte en lichtstlopende molens van Zeeland.
L.W. Kokee, die de molen in 1967 van de weduwe Snoep had aangekocht, deed verwoede pogingen de molen te restaureren maar had geen succes, sterker nog: omdat sommige onderdelen gevaar op konden leveren voor de omgeving, moest de molen worden onttakeld. Vergunning daartoe werd in 1970 verleend.
Ondanks alle inspanningen van Kokee om de molen onder de aandacht te houden (zoals openstelling op nationale molendagen) ging het bergafwaarts: op 25 juli 1972 werden beide roeden gestreken; 9 mei 1975 ging de kap eraf. De stelling werd eerst voor ongeveer de helft verwijderd; later ging de andere helft er ook af. De meeste onderdelen bleven onder de molen bewaard (maar jaren later werden de Potroeden alsnog doorgeslepen...). Wél slaagde Kokee erin, de molenstenen weer naar hun oorspronkelijke plaats te brengen en de meeste zolders te fatsoeneren.
Restauratieplannen, die er al jaren waren, werden pas concreet in 2009, toen van diverse kanten subsidies werden verkregen. In oktober 2010 werd de molenromp geheel in de steigers gezet, waarna het werk vlot ter hand kon worden genomen.
Het metselwerk had veel herstel nodig: zo heeft men de bovenste meter geheel afgebroken en vervolgens opnieuw opgemetseld. Ook de balken en vloer van de kapzolder moesten geheel worden vervangen.
Uiteraard waren, na de jarenlange onttakeling, een nieuwe kap, wiekenkruis en stelling nodig. Het bovenwiel moest ca. voor de helft worden vernieuwd.
In 2011 werd de nieuwe kap op de romp geplaatst. Hiermee belandde het herstel van deze molen in een beslissende fase. Op 5 juli werden de roeden gestoken en de staart aangehangen en op 8 juli werd er, nog zonder borden en zeilen, voor het eerst gedraaid. Op 1 oktober 2011 is de molen officieel in bedrijf gesteld.
Eind 2018 heeft men het bovenwiel grondig nagezien, het bleek zo'n 7 jaar na de restauratie toch niet te voldoen. Op de kruisarmen na is het wiel nu geheel nieuw.
Opmerkelijk is, dat het koppel kunststenen aangedreven wordt door een sterwiel; buil en mengketel worden door een schijfloop aangedreven.
Eigenaren van de molen:
C. Markusse Jz. 1868 - 1876
J. de Korte Jr. 1876 - 1887
Z.C. Salomé 1887 - 1936
J. Snoep 1937 - 1967
M. Snoep - Kallewaard 1967
L.W. Kokee 1967 - 2003
G. en L. de Boer 2003 - 2009
Stichting Molen "De Korenbloem" 2009 - heden.