De Westermolen bemaalde met de Oostermolen, ook een wip, en de Broekmolen, een achtkant, de polder Langerak.
In 1939 werd de Oostermolen afgebroken om plaats te maken voor een dieselgemaal. Op 11 mei 1940 schoot een Duits gevechtsvliegtuig de Broekmolen in brand. De molen ging verloren en werd niet meer herbouwd.
De Westermolen bleef tot 1974 in gebruik voor het bemalen van de polder Langerak en werd in 1977 verkocht aan de SIMAV.
OVer de bouw van de huidige molen is vrij veel bekend: op 28 maart 1652 vond de openbare aanbesteding plaats voor de bouw van een vrijwel nieuwe molen, alleen de bovenas, roeden, spil en kamwielen met schijflopen van de oude molen zouden in de nieuwe molen worden hergebruikt. Laagste inschrijver voor het karwei was Pieter Gerritszn. Luyt, timmerman uit Haastrecht. Hij moest binnen drie maanden de oude molen afbreken en de nieuwe molen maalvaardig opleveren voor ƒ 1.930,-. Voor iedere week dat het werk later werd opgeleverd, moest boete worden betaald. Een opvallend detail in het bestek is het aanbrengen van een bedstede in het bovenhuis.
Het afkomende hout van de oude molen werd door het bestuur in 93 kavels aan de hoogstbiedende verkocht.
In 1857 werd de voor- en achterwaterloop vernieuwd door Johannes den Besten jr. uit Nieuwpoort voor ƒ 719,13. Vervolgens werd in 1904 weer een gedeelte van de voorwaterloop en de sprenkelstraat vernieuwd door J. Stout uit Nieuwpoort voor ƒ 149,--.
Een kleine vijftig jaar later, 1952, werden door Jan Bos uit Almkerk enige herstelwerkzaamheden aan de molen uitgevoerd. Het betrof in hoofdzaak het vervangen van de achterzomer, penbalk, wolfsbalk, kovelensbalk, kapdelen en gangwerk in het bovenwiel en bovenschijfloop.
Molenmakerij vh. J. de Gelder b.v. uit Arkel voerde in de jaren 1983-1984 een belangrijke restauratie uit: een deel van het bovenhuis werd vernieuwd, alsmede de gehele kap en staart, terwijl het metselwerk aan voor- en achterwaterloop opnieuw onder handen werd genomen.
Op 5 oktober 1984 stelde burgemeester J.G. de Groot door het lichten van de vang de molen officieel in gebruik. De kosten van de restauratie bedroegen maar liefst ƒ 586.517,--.
In latere jaren werd nog belangrijk aanvullend onderhoud verricht: nieuwe kruisarmen in het bovenwiel (1994); datzelfde wiel geschrooid en twee nieuwe vangstukken (1996).
In 2010/2011 vond zeer ingrijpend herstel plaats aan de fundering. De molen, die hier en daar verzakt was, werd op nieuwe palen en betonnen balken gezet. Door ouderdom en ongedierte aangetaste hoek- en manderstijlen werden schoongezaagd en bijgestort in epoxy. Ook de bovenzetel werd grotendeels vernieuwd. In augustus 2011 kwam dit werk gereed.