Molen Brouwerij de Haes, Rotterdam

geschiedenis

toestand

verdwenen

bouwjaar

< 1635

verdwenen

na 1713

geschiedenis

Oprechte Haerlemsche courant, 10 februari 1693

Op Woensdagh, den 18 February, 1693, sal men tot Rotterdam in de Doelen verkopen, een stercke weldoortimmerde en Neeringrijcke Brouwery, Woonhuysen, Moutery, Rosmolen en Erve, genaemt de Haes; staende op de Gelderse Kaey.

-----

Oprechte Haerlemsche courant, 19 oktober 1713

Wert bekent gemaeckt, dat men in de Maent December aenstaende van meening is tot Rotterdam in 't openbaer op te veylen en te verkopen een stercke weldoortimmerde en Neerinrijcke Brouwery, Woonhuys en Erve, van outs genaemt de Haes, staende en gelegen op de Gelderse Kaey in het beste van de voorn. Stad, met Rosmolen, 3 Ketels, Koelbacken, Waterkuypen, Moutvloer, Vaetwerck, en verdere Ap- en Dependentie van dien, waer in voor lange Jaren tot heden toe met goet succes de Neering is en noch wert gedaen; sullende de Dag van de Veylinge met de Couranten en affixie van Biljetten nader werden genotificeert.

-----

Aktesoort attestatie of verklaring
Datum 17/02/1635
Archief ONA Rotterdam
Inventarisnummer 150
Aktenummer/Blz. 306/495
Notaris Adriaan Kieboom

Deonys Heynricksz van Kempen, brouwersgesel, oud 39 jaar, en Jan Pauwelsz van Loo, brouwersgast in de brouwerij van de Haes, oud 26 jaar, verklaren op verzoek van Fictor Janssen van Ham, brouwersgast in de brouwerij van de Haes, dat zij getuigen zijn geweest hoe requirant nu 8 dagen geleden in de herberg gelegen buiten de poort aan de Laghen Dijck mishandeld werd door Heynrick, brouwersknecht.

Bron: Gemeentearchief Rotterdam