Molen De Jonge David, Wormerveer

Wormerveer, Noord-Holland
v

korte karakteristiek

naam
De Jonge David
modeltype
Onbekende windmolen
functie
zaagmolen, specerijenmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Ten Bruggencate-nr.
16009
oude dbnr.
V16009
Meest recente aanpassing

locatie

plaats
Wormerveer
plaatsaanduiding
Wijk C nr. 4
gemeente
Zaanstad, Noord-Holland
streek
Zaanstreek

constructie

modeltype
Onbekende windmolen
krachtbron
wind
functie
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
gesloopt
geschiedenis
Op 12 mei 1881 vond in De Nieuwe Sociëteit in Wormerveer een veiling van onroerend goed plaats voor notaris B.J. ten Cate uit Zaandam. Als nummer twee werd de wind-en stoomzaagmolen De Jonge David aangeboden. De molen was ingericht tot het zagen van latten, maar uit de eveneens aangeboden losse goederen blijkt dat er ook specerijen mee verwerkt konden worden.
Behalve 32 spanzagen en 20 kluften voor f. 48,-, moest de nieuwe eigenaar ook 2 zeven en een buil voor f. 5,-, een slijpsteen met stoel (f. 4,-) en 3 hanglampen (f. 1,-) overnemen.
Eigenaar van het molentje was Jacob Siekerman uit Wormerveer, die omschreven werd als lattenzager en assistent-turftonder. Hij liet zich bij de veiling vertegenwoordigen door de werkman Cornelis Drijver. Siekerman was op 7 juni 1878 eigenaar geworden van De Jonge David, die hij toen onderhands kocht. De molen stond in Wijk C nr. 4 op een erf van 80 centiaren groot.
Koper werden de Zaandamse meestersmid Hendrik Sombroek en de Wormerveerse makelaar Jacobus Fortuin Psz, die f. 1030,- neertelden voor het lattenzagertje. Maar erg lang bleven ze geen eigenaar, want al veertien dagen later werd De Jonge David weer te koop aangeboden. Dit keer gebeurde dat ‘uit de hand’ en Fortuin regelde de verkoop.
De belangstelling was echter minimaal. Pas zes maanden later slaagden ze er in De Jonge David weer van de hand te doen. Op 5 november 1881 verkochten Sombroek en Fortuin de molen voor f. 1000,- naar Gerrit Zeeman, een bouwkundige uit Alkmaar, die deze onbekende grootheid ongetwijfeld liet slopen en verplaatsen .
De heren hadden er dus dertig gulden verlies op geleden.

Tekst: Ron Couwenhoven, 10 mei 2012.