Molen Oliemolen van Schröder, Zeist

geschiedenis

toestand

verdwenen

bouwjaar

< 1800

verdwenen

voor 1836

afgebroken

geschiedenis

De ros-oliemolen stond aan de Eng, nabij lijmfabriek en leerlooierij "De Grote Koppel". Hij wordt voor het eerst vermeld in 1800.

26-10-1807: Op 26 oktober 1807 verkochten de executeurs van de boedel van wijlen Johannes van Calker, olieslager te Zeist, "een hechte, sedert weinige jaren geheel nieuw opgetimmerde, oliemolen met toebehooren met huis en twee morgen land, geleegen onder Zeist in de Goor bij de Koppel". Rond 1810 wordt geschreven dat er met de molen weinig te doen was, omdat het te malen zaad duur gekocht moest worden terwijl de geproduceerde olie goedkoop in prijs was. Molenaar Hermanus Wuerman liet de molen toen vijf maanden stil staan.

In 1815 wordt vermeld: "staat stil." 

februari 1817: Bij de vaststelling van het testament van Johannes van Laer, Heer van Zeist, worden molen en grote inventaris in februari 1817 uitvoerig beschreven, er waren ondermeer vijf werkpaarden. De molen werd voor ƒ 2825 verkocht aan Everard Cornelis Schröder, eigenaar van de korenmolen aan de Molensteeg (Tenbruggencatenummer 11357). In 1821 wordt Hendrik van de Poll uit Zeist als olieslager genoemd, in 1825 (ook) Salomon Zierikzee.

 

04-02-1822: Utrechtsche courant
Eenen hecht en sterk betimmerde en nog geëxerceerd wordende, ROS-OLIJMOLEN, met Voor- en Naslag, Stampers, Kantsteenen, en verder voorzien van alles, wat tot eenen completen Olijmolen behoort; item Molenaars Woning, Kantoor, Stallinge voor zes Paarden, ruime Zaadzolders, drie Olijbakken, Koekenhok en Bergschuur, benevens een Perceel WARMOESIERS- en BOOMGAARDLAND, groot circ 1r, 27e, 25p (oude mat 150 Roeden) ; staande en gelegen onder de Gemeente van Zeist, Kwartier Amersfoort. 

 

27-02-1822: Utrechtsche courant

Op Zaturdag den' 16 Maart 1822, des middags ten een uur precies, zal men binnen Utrecht aan het Bureau der Publieke Verkoopingen, achter St. Pieter, veilen en verkoopen :

Eenen hecht, sterk betimmerde en nog geëxerceerd wordende , ROS-OLIJMOLEN , met Voor-en Nafslag", Stampers-, Kantsteenen, en verder voorzien van alles, wat tot eenen completen Olij molen behoort; item Molenaars Woning Kantoor zolders• drie Olijbakken, Koekenbok en Bergschuur , benevens een Perceel WARMOESIERS en .BOOMGAARD-LAND , groot circa 21R. , 27 E. , 25 P. , (oude maat 150 Roede..-'.; staande en gelegen onderde Gemeente van Zeist, Kwartier Amersfoort, * ,r Breeder bij Biletten en nader onderrigt te bekomen ten Kantore van den Notaris STEVENS Vianen-Utrecht, alsmede op de Hofstede ZANDENHQEF, te 2eist

 

06-07-1825: Utrechtsche Courant
Op vrijdag den 8den Julij 1825, des namiddags ten 2 uren, zal men aan de gewone verkoopplaats op het St. Pieterskerkhof te Utrecht Publiek verkoopen: 
Een Ros- Olie- Molen, met Voor- en Naslag, Stampers, Kantsteenen en het geene daartoe behoort; voorts Molenaarswoning, Zaadzolders, Koekenhok, Stalling en Bergschuur, benevens een stuk Warmoesiers- en Boomgaardland, staande en gelegen onder Zeijst gemeld. 

 

In 1828 was Wuerman geen olieslager meer maar koopman in ller, in in 1833 was Van de Poll houtzaagmolenaar geworden. In een acte van 27 maart 1836 is sprake van "den geslechten Oliemolen". En in dat jaar verkocht Schröder de percelen met de aantekening "afgebroken". 

 

29-03-1831: Opregte Haarlemsche Courant, 29 maart 1831 
Op Dingsdag den 5den April 1831, een elf ure voordemiddag, zal men in het Logement genaamd het Hof van Holland, te Zeijst, bij openbare veiling verkoopen: 
Eene kapitale hecht en sterk betimmerde ROS-OLIE-MOLEN, met deszelfs Voor- en Naslag- Stampers , Kantstenen en verder Toe- en Aanbehooren; 
goede Molenaars-Woning, Kantoor en Zaadzolders, Oliehok , Koekehok en Stalling, Warmoesiersland en Boomgaard , insgelijks binnen dezelve Gemeente van Zeijst.

 

1832: eigendom Everart of Everard Cornelis Schröder (1800-1881), rentenier van een oliemolen (rosmolen),
die vroeger in Nijenheim, Zeist heeft gestaan, gesloopt in 1836. gekocht voor 2825,- gulden (of florijn). ook
eigendom van de korenmolen aan de Molensteeg gesloopt in 1856 wegens bouwvallige staat.
Bron: Seijst 1971-2, 3 en 4 en verder Zeister Molens door K.W. Galis

Bron: De Molens Van Zeist, dr. K.W. Galis, 1981, Van de Poll-Stichting Zeist.