Molen De Hoop, Leiden

aanvullingen

trivia

In een boedelscheidingsakte van 25 april 1828 worden genoemd:
- de houtzaagmolen De Hoop [dit record] met huizinge, erf en land, te zamen groot 56 roeden, 77 ellen, 10 palmen, en 92 duimen Nederlands. Staande en gelegen buiten de Morsch Poort de stad Leijden, aan den Rijn, of het zgn. Galgewater onder Oegstgeest en Poelgeest, belend ten westen Johannes La Lau, ten zuiden den Rijn en te Oosten de Vaarsloot.
- een houtzaagmolen genaamd de Eendragt [dbnr. 511] met deszelfs Heerenhuizinge, voorts knechtshuizinge, schuren tot berging van rijtuigen en paardenstal, als mede in een ruime houtwerf en een stukje land, tezamen groot 56 roeden, 77 ellen, 10 palmen en 92 duimen. Alles staande en gelegen even buiten de Witte Poort der stad Leijden aan den Hogen Rijndijk en Rijn of het Galgewater onder Soeterwoude, geteekend met numero 178, belend ten noorden den Rijn, ten westen zekere Uiterdijk, ten zuiden den den Heerenweg en ten oosten Oudshoorn en Zaalberg.
Deze waren eigendom van de gebr. van Straaten (J.C. van Straaten wonende Rapenburg in wijk 1 no 235 te Leiden en J. van Straaten, wonende ???).
P.M. Molenaar, 20 juni 2012.

Bij de eerste molen kloppen de genoemde windrichtingen niet helemaal:
De Rijn ofwel het Galgewater lag ten zuidoosten.
Het ten zuidwesten aansluitende land behoorde in 1832 aan Izaak La Lau.
Ten noordoosten lag een afwatering van de Mors, dat moet de Vaarsloot zijn geweest.
Red.