Molen Binnenmolen van Hildernisse, Woensdrecht

geschiedenis

toestand

verdwenen

bouwjaar

< 1095

verdwenen

circa 1200

geschiedenis

Tussen 25 december 1094 en 23 september 1095 schonk Otbert, bisschop van Luik, ondermeer het allodium Hildernisse in Tessandrie met twee molens aldaar, een er binnen en een er buiten (Tenbruggencatenummer 15034), aan het altaar van het H. Kruiskapittel te Luik. Aangezien er toen nog geen windmolens waren in Nederland, moeten dit watermolens zijn geweest.

Bij de overdracht aan de voogd van het klooster van Sint Truiden worden bij de hof te Hildernisse geen molens meer vermeld.

Het dorp Hildernisse was vroeger een afzonderlijke heerlijkheid en een parochie in het land van Bergen op Zoom. Het raakte bij de Allerheiligenvloed van 1570 geheel overstroomd en werd niet opnieuw bedijkt. De plaats waar het dorp lag, ligt nu in het oostelijke deel van de Oosterschelde en hoort bij gemeente Woensdrecht.

De locatie is onzeker.

Bron: Watermolens in Noord-Brabant vroeger en nu, Ir. Piet-Hein van Halder, 2010.
-----

In 1384 bezat de heer van Bergen op Zoom delen van de heerlijkheid Hildernisse. Onder meer worden twee molens genoemd, de Hoog- en de Laagmolen.

In 1572 verdween Hildernisse doordat de dijken wegspoelden en door afbraak; onder meer de molen werd afgebroken. [Mogelijk gaat het hier om een windmolen. Red.]

Bron: Langs Schelde en Eendracht, het polderlandschap voor 1584, art. door W.A. van Ham in Jaarboek 1975 nummer 35, Oudheidkundige Kring Roosendaal.
Verzameling H. van der Kaay.