Molen van Meijnt Douwes, Heerenveen/ It Hearrenfean

geschiedenis

toestand

verdwenen

bouwjaar

1613

verdwenen

circa 1716

opvolger

Heerenveen/ It Hearrenfean (De Windhond)

geschiedenis

In 1612 kochten Meijnt Douwes en zijn vrouw Lioeits Bonnedochter voor 105 gulden een stuk grond aan de westkant van de Dracht om daarop een molen te stichten. Voorheen (vermeld in 1608) was Meijnt als molenaar op de molen van Thijs Peters (Tenbruggencatenummer 07862) werkzaam geweest, maar nu wilde hij voor zichzelf beginnen. Zijn molen werd eind 1613 gebouwd door Thijs Peters, zodat het niet onmogelijk is dat deze zijn molen naar hier verplaatste.

Meijnt kon de investering echter niet opbrengen: overal maakte hij schulden, kennelijk ook bij de familie van zijn vrouw. Na haar overlijden (1614) gaf hij de molen tot mei 1615 aan de schuldeisers Jelle Bonnis en Siuerdt Annis c.s., die bovendien tot eigenaar werden verklaard van de molen en alles wat daarbij hoorde. Voor het gerecht moest Meijnt verder verklaren dat hij het "bruin bles ruijnpeert", dat hij van Engbert Dircks uit De Blesse had gekocht voor het bedienen van zijn klanten, met rente zou afbetalen.

Jaren later (11 oktober 1620) kocht zijn zoon Douwe Meijndts de molen "opt vier roeden opt west van de Dracht" met toebehoren voor 900 goudgulden, ofwel 1260 gulden, terug van de schuldeisers, zeven personen. Helaas moest ook hij na zes jaar erkennen dat een zelfstandig molenbedrijf moeilijk te realiseren was: vanwege een betalingsachterstand moest de koop op 10 januari 1626 ongedaan gemaakt worden, en Douwe moest per mei vertrokken zijn.

Op 29 sept. 1631 wordt Jacob Toenes als molenaar vermeld.

De molen is rond 1716 herbouwd als stellingmolen.

Bronnen:
- "De voorganger van "De Windhond" te Heerenveen en andere Schoterlandse molens", artikel door W. Nijlunsing in De Utskoat nr. 25, maart 1982.
- "De sfeer van weleer. Over molens in Heerenveen", drs. D.M. Bunskoeke, 1991. Uitgave: St. Molen Welgelegen. Met dank aan H. van der Kaay.