Molen (standerdmolen), Lage-Mierde

geschiedenis

toestand

verdwenen

bouwjaar

1652 - 1898

?/ 1832

verdwenen

1912

verplaatst

verplaatst naar

Lage Mierde ((standerdmolen))

geschiedenis

In 1651 wilden de inwoners van Hooge-Mierde, Lage-Mierde en Hulsel een eigen molen hebben, en richtten daartoe een verzoek aan de Raad van State. De molenaar van de molen van Reusel, waar kennelijk veel boeren uit de eerder genoemde dorpen lieten malen, maakte daar bezwaar tegen. Het bezwaar van de molenaar van Reusel werd gehonoreerd, maar daarop besloten de initiatiefnemers dan maar zonder vergunning te gaan bouwen. Het bouwjaar van de molen is daardoor niet precies bekend, maar het is duidelijk dat de initiatiefnemers geen gras over hun plannen hebben laten groeien. Maar toen ontstond een ander conflict. Er was namelijk besloten om de molen te bouwen "op den kruijswegh en gemeijnen aert en vroente van Hooge Mierde, Lage Mierde en Hulsel". Naderhand was Lage-Mierde daarop teruggekomen, en had de molen op eigen grond opgericht. Hooge-Mierde en Hulsel besloten daarop klant op de molen van Reusel te blijven. Over de verdere lotgevallen is nog weinig bekend.
In oude documenten wordt de molen steeds tezamen met een rosoliemolen genoemd.

In 1898 plaatste J. Buijs, grossier in tweedehands molens uit België, een advertentie in 'de Molenaar' waarin hij ondermeer liet weten een molen verkocht te hebben aan molenaar Coppens in Reusel, die daar een tweede molen zou bouwen. Er is niets van bekend dat die molen ooit in Reusel is opgericht. Opmerkelijk is dat molenaar Kerkhofs datzelfde jaar de molen van Lage-Mierde kocht. De molen van Lage-Mierde, zoals die bekend is van foto's, toont veel Kempische kenmerken. Is de molen die Buijs verkocht, wellicht in Lage-Mierde gekomen?

In 1912 ging het weer bijna mis. Molenaar Kerkhofs wilde de molen dichter bij het dorp plaatsen. Een buurman van het beoogde perceel maakte daar bezwaar tegen omdat zijn paard zou schrikken van de draaiende wieken. Het gemeentebestuur honoreerde dat bezwaar, maar werd vervolgens teruggefloten omdat het besluit onwettig was. Zo werd de molen naar het dorp verplaatst. Zie verder bij databasenummer 2804.

Publicaties over deze molen:
- J. Hagen 'Tussen Lensheuvel en Weijereind' in 'De Schééper', uitgave van de Heemkunde Werkgroep Reusel, 1991 nummer 9 p. 26-31, en nummer 11 p. 26-31, meer in het bijzonder p. 28-30.
- Ton Meesters 'Belgische windmolens in Nederland' in 'Molenecho's', XIX (1991) nummer 3, p. 108-171, meer in het bijzonder p. 136-137.
Nico Jurgens, 30 juli 2007.
-----

In het kadaster van 1811 - 1832 staat deze molen op perceel C 880 te Vloeieind, molenaar was toen Cornelis Woestenberg.
Christaan Coppens (geb. te Riel) werd in 1827 molenaar op deze molen.
Bij boedelscheiding in 1871 (akte 30) werd Henricus van loon (geh. met A.M.Coppens)de eigenaar van deze molen.
Jos Teurlings, 3 aug. 2011.