Molen (standerdmolen), Waspik

Waspik, Noord-Brabant
v

korte karakteristiek

naam
(standerdmolen)
modeltype
Standerdmolen
functie
korenmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
12674
oude dbnr.
V12674
Meest recente aanpassing
| Foto
media-bestand
Molen 12674 (standerdmolen) (Waspik)
Fragment kadaster 1811-1832

locatie

plaats
Waspik
plaatsaanduiding
Stadhoudersdijk
gemeente
Waalwijk, Noord-Brabant
streek
De Langstraat
kadastrale aanduiding 1811-1832
Waspik F (1) 174 De Kinderen Jan Disseldorp
geo positie
X: 123782, Y: 410632
N: 51.68361, O: 4.93579

constructie

modeltype
Standerdmolen
krachtbron
wind
functie
plaats bediening
plaats kruiwerk
middenkruier
kruiwerk
zetelkruier
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
afgebroken
geschiedenis

In 1670 strandde een initiatief tot het oprichten van een korenmolen door protesten vanuit Raamsdonk vanwege de concurrentie.

Op 25 januari 1700 verkreeg Hubert Arnolt van Ravenschot, Heer van Waspik, het recht om een molen op te richten. Schout Zijlmans verleende Adriaan Molenschot, molenaar uit 's-Gravenmoer (Tenbruggencatenummer 04146 g), toestemming om de molen te bouwen. Na twee jaar werd zijn zoon Thomas de molenaar, deze trouwde toen ook met de nicht van de schout, tevens dochter van de stadhouder van Waspik.

Na het overlijden van Thomas in 1719 nam Peter du Bois de molen over, daarna werden Jan van Dusseldorp en zoon Jan eigenaars/molenaars. Na Jans overlijden in 1770 werd zijn weduwe Adriana van Selm molenaresse en trouwde kort daarna met Pieter de Bois uit Geertruidenberg.

Op 27 maart 1788 kwam molenaarsknecht Hendrik Moone om het leven toen hij bij slecht weer uit de molen viel.

In 1798 nam Jan van Dusseldorp, uit het eerste huwelijk van Adriana, de molen over voor ƒ 7750,=, hij overleed in 1817. In 1814 had zijn zoon Jan de molen overgenomen, maar de molen stond tot half oktober 1815 stil omdat hij geen patent als moutmolenaar had. Na tien jaar vetrok Van Dusseldorp naar Schiedam, mogelijk vanwege de concurrentie van de van oudsher aanwezige paarde-grut-boekweit-pel- en meelmolens, ondermeer die van zijn neef Thomas van Dusseldorp.

In 1830 kwam Sebastiaan van Bragt uit Ginneken op de molen, in 1836 zijn zoon Cornelis, in 1840 molenaarszoon Jan Baptist Martens uit Made (Tenbruggencatenummer 13307). In 1851 verkreeg Martens toestemming om zijn standerdmolen aan de Stadhoudersdijk af te breken en te vervangen door een stellingmolen aan de Benedenkerkstraat

Bronnen:
- "De molenaar en zijn windmolens in de Langstraat", Jan Rosendaal, in De Klopkei 1996-2 (tijdschrift van de Heemkundige Kring "De Erstelinghe", Waalwijk).
- "De Meule, Ver. W.Br. Molens 2010. Verzameling H. van der Kaay.

nog waarneembaar

Op de afbeeldingen zijn de kruisplaten te zien die teruggevonden zijn bij de ontmanteling van de molenromp te Waspik aan de Benedenkerkstraat. Op één van de twee kruisplaten zien we het inschrift van de Princenhaagse molenmaker P. Faes van 11 mei 1841.

aanvullingen

trivia

De locatie is gebaseerd op de kadasterkaart 1811-1832.

Bredasche courant, 17-08-1856

Langstraat, 22 augustus. Een vreeslijk onweder barstte gister avond boven deze streek los en duurde onafgebroken circa 3 uren voort. De onheilen, die daardoor veroorzaakt zijn, in zijn geheel te beschrijven, is ondoenlijk. In Waspik, Cappelle, Raamsdonk en Dongen is de schade aan huizen en molens ontzettend. op beide laatste plaatsen verwekte de bliksem brand en verbrijzelde vele voorwerpen. De koornmolen te Cappelle werd geheel verbrijzeld, die van Waspik grootendeels aan stuk geslagen. Naar men zegt, heeft Dongen zeer veel geleden en zijn daar eenige huizen in asch gelegd.