Molen Keyersmolen / Kaijertsmolen, Apeldoorn

geschiedenis

toestand

verdwenen

bouwjaar

1630

>

verdwenen

circa 1878

geschiedenis

Was in 1705 van Hendrick Keijenberg.
In 1732 verkocht aan Gerrit Lubberts(en). Papiermakers / eigenaars zijn verder geweest : Geurt Pannekoek 1760 , Jochem Schaddenberg 1778, 1801, J Scherrenberg plm 1812, Willem Scherrenberg 1874.
In 1878 te koop door Ingerman.
De molen is kort daarna verdwenen.
Het water werd daarna en nu nog steeds gebruikt voor voeding van het Apeldoorns kanaal

Inf. Wibo Jellema, 27 aug. 2008.

-----

Algemeen Handelsblad, 22 juli 1846

Apeldoorn

Gister avond omstreeks 6 1/2 ure ontstond er brand in den papiermolen genaamd de Keizermolen, gelegen in de buurtschap Wormingen, bewoond door W. Schattenberg, tijdens dat deze, reeds hoog bejaard, zich alleen tehuis bevond. De brand nam derwijze snel toe, dat na een kort tijdsverloop de molen en belendende woning eene prooi der vlammen waren geworden en men zelfs geen tijd heeft gehad, om een koe en varken te redden. Ook moet er veel papier en materialen verbrand zijn. Men heeft reden om te denken, dat het broeijen van het hooi, hetwelk zich in de schuur bevond, aanleiding heeft gegeven tot dit ongeluk. De brandspuit van het naburige Beekbergen was reeds spoedig bij den brand aanwezig, doch hare pogingen konden niet meer baten, evenmin als die van de spuit van dit dorp.

-----

Apeldoornsche couramt, 2 nov 1867

Verslag van den toestand der Gemeente Apeldoorn over 1866.

Opgave nopens de brandweer, brandbluschmiddelen en reddingtoestellen: De brandbluschmiddelen bestaan uit negen spuiten, waarvan drie te Apeldoorn, drie te Beekbergen en drie te Loenen aanwezig zijn. In elke hoofdafdeeling is een opperbrandmeester, in iedere wijk een of meer brandmeesters en een voldoend aantal brandgasten en voor elke spuit bovendien een of meer brandmeesters en een voldoend aantal brandgasten. De brandweer is dusdanig geregeld, dat bij onverhoopt ontstaan van brand terstond op de geschiktste wijze hulp kan worden verleend. Idem der gedurende het jaar voorgevallen en branden en rampen, die opmerking verdienen:

In den vroegen morgen van 21 Maart 1866 is afgebrand eene boerenwoning in de buurtschap Oosterhuizen onder Beekbergen, behoorende aan den Notaris deKruijf! te Voorst, bewoond door den landbouwer Derk Jan Derks; de inboedel is geheel verloren gegaan, het vee gered. De inboedel was verzekerd in de Utrechtsche Brandwaarborg-maatschappij tegen ƒ 250, de verzekering van de woning was den bewoner onbekend. In den namiddag van 23 Mei 1866 ontstond brand te Loenen in de Vrijenbergerzanden, behoorende aan de Gemeente, eene oppervlakte van circa 3 bunders met dennen bepoot is verloren gegaan. In den vroegen morgen van 24 Mei volgende is de papiermolen, bewoond door W. Scherrenberg en aan J. Koldewijn behoorende, staande in de buurtschap Wormen, met hot woonhuis, aangrenzende schuur, belendende gebouwen, behoorende aan en bewoond door voornoemden Koldewijn, het andere behoorende aan Dijkgraaf en bewoond door H. van den Brink, grootendeels met al het in die gebouwen aanwezige door de vlammen vernield, papiermolen, woonhuis en aanhorigheden verzekerd voor / 500. Inboedel, papier en grondstoffen voor f 4800, alleen de gebouwen van Koldewijn en Dijkgraaf, en niet hunne inboedels, waren verzekerd.