Molen Luie Elf / Het Soephuus, Goes

Goes, Zeeland
v

korte karakteristiek

naam
Luie Elf / Het Soephuus
modeltype
getijdenmolen
functie
korenmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
restant
beek
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
11211
oude dbnr.
V4650
Meest recente aanpassing
media-bestand
Molen 11211 Luie Elf / Het Soephuus (Goes)
Foto: Niels Wennekes, 12 nov. 2002

locatie

plaats
Goes
plaatsaanduiding
Kleine Kade 43
beek
gemeente
Goes, Zeeland
streek
Zuid-Beveland
kadastrale aanduiding 1811-1832
Goes D (1) 541 Stad Goes
geo positie
X: 51012, Y: 391853
N: 51.50608, O: 3.88933

constructie

modeltype
getijdenmolen
krachtbron
water
functie
gangwerk
wateras
rad
rad diameter
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
restant
bouwjaar
/ 1483 / 1735 herbouwd
verdwenen
buiten bedrijf
geschiedenis

De geschiedenis van de getijdemolen gaat ver terug. Volgens het bordje op het gebouw werd de molen in 1643 gebouwd. De molen in Goes dateert in ieder geval al uit 1399, had een zeer bewogen leven, brandde af en werd weer herbouwd, ze was een niet aflatende bron van zorgen voor het stadsbestuur.

Binnen de stadswallen van Goes lag een "houwer" van ca. 37.000 m². Deze liet men bij vloed vol lopen, en bij eb weer leeglopen om de haven door te spoelen. Tevens werd hierbij in Goes het scheprad van de molen aangedreven.

Het waterrad was in de molen ingebouwd. Voor in- en uitlaat van het water waren er aparte afsluitbare kanalen. Het buiten het gebouw liggende kanaal nam bij vloed het water in, terwijl het andere door de molen lopende kanaal bij eb het water liet uitstromen en het waterwiel in werking stelde. In de molen stond één maalstoel.

In 1735 werd alles vernieuwd.

In 1809 verdween de getijdewerking door de aanleg van een schutsluis bij wat nu het Goese Sas heet. De molen werd hierdoor dus buiten bedrijf gesteld, waarna er bij molen De Koornbloem een rosmolen werd gebouwd om deze molen te vervangen. Later werd het werk door een windmolen overgenomen.

In 1810 werd het molenwerk in het oude gebouw gesloopt; in 1845 werd het bewoonbaar gemaakt. In 1850 verkreeg het Gasthuis er de beschikking over en werd in het gebouw de "spijskokerij" van het Gasthuis ondergebracht. Nadien heette dit eerbiedwaardige, hoogst bejaarde, molengebouw in de volksmond "het soephuis". In 1978 deed het dienst als toilet- en wasgelegenheid voor de bemanningen van de in het haventje liggende schepen.

Bronnen ondermeer:
- "Molens in Zeeland", door Frans Weemaes, 2003, blz. 254.
- "De geteidemolen", artikel door A. Zandstra in De Utskoat nr. 9, maart 1978.

aanvullingen

trivia

Op de kaart van Jacob van Deventer staat ook de getijdenmolen ingetekend. De kaart is op zijn kop, het noorden is onder.
-----

In de kade is door middel van een dichtgemetselde brugboog zichtbaar gemaakt waar het door eb en vloed beïnvloede water langs het gebouw het achtergelegen spaarbekken in- en uitstroomde. Op de plaats van het spaarbekken is thans bebouwing gelegen. In de voormalige molen zijn diensten van de haven ondergebracht

Het gebouw bestaande uit drie traveeën, was voorzien van torentje.

ANWB informatiebordje, bevestigd aan het pand:
“‘t Soepuus” is in de zeventiende eeuw gebouwd als getijwater korenmolen. In de negentiende eeuw kreeg het gebouw een functie als “Soepuus”, gaarkeuken voor de armen. Torentje en klok – met één wijzer – zijn afkomstig van een in het midden van de negentiende eeuw afgebroken stadspoort."
Informatie van Niels Wennekes.