Molen Houten molen van het tweede gesticht, Veenhuizen

Veenhuizen, Drenthe
v

korte karakteristiek

naam
Houten molen van het tweede gesticht
modeltype
Onbekende windmolen
functie
korenmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
08473
oude dbnr.
V6187
Meest recente aanpassing
| Streek

locatie

plaats
Veenhuizen
plaatsaanduiding
Hoofdweg 128-142 nabij de latere zuivelfabriek
gemeente
Noordenveld, Drenthe
streek
Kop van Drenthe
kadastrale aanduiding 1811-1832
Norg N (2) 216 Maatschappij Van Weldadigheid
geo positie
X: 222116, Y: 561175
N: 53.03330, O: 6.38772

constructie

modeltype
Onbekende windmolen
krachtbron
wind
functie
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
geschiedenis

Het huidige dorp Veenhuizen is tot ontwikkeling gekomen als "kolonie" van de negentiende eeuwse Maatschappij van Weldadigheid, die werkzaam was vanuit de Hoofdvestiging Frederiksoord.

In 1823 kreeg deze instelling, die zich ten doel stelde "de toestand der armen en der lagere volksklassen te verbeteren", toestemming om in Veenhuizen drie "gestichten" en een korenmolen te bouwen. De korenmolen hoorde bij het tweede gesticht, dat in het voorjaar van 1825 geheel klaar en ingericht was. De koloniën van De Maatschappij waren wereldjes op zich zelf, met eigen school, winkel, kerk, boerderijen en bedrijfjes en de molen maakte daar vanzelfsprekend onderdeel uit. In 1859 werd Veenhuizen overgenomen door de staat en aangewezen als bedelaarsgesticht.

Op 28 Februari 1860 werd de molen door een storm vernield, maar daarna in grotere en betere vorm herbouwd, een achtkante bovenkruier met stelling, riet gedekt met stenen tussen en onderstuk

jnjv

aanvullingen

trivia

De eerste molen van Veenhuizen, gebouwd tijdens de stichting van de Maatschappij van Weldadigheid omstreeks 1823, was zeer waarschijnlijk geen standerdmolen. In die periode was de bovenkruier al zeer gebruikelijk, nieuwe standerdmolens werden in deze periode (in het Noorden) niet of hooguit nauwelijks gebouwd. Een achtkante grondzeiler had in het toen vlakke, amper beboste gebied amper windbelemmering. Dat was rond 1860 bij de herbouw, toen er al diverse gebouwen stonden, wel anders.
Germ Geersing, 8 feb. 2011.

In het kadaster van 1811-1832 staat de molen als een vierkant ingetekend. Dit zou betekenen dat het hier om een wipmolen gaat of een gesloten standerdmolen. Doorgaans wordt een open standerdmolen weergegeven met 4 teerlingen.