Molen Korenmolen van Tzum, Tzum/ Tsjom

geschiedenis

toestand

verdwenen

bouwjaar

< 1514

verdwenen

na 1791

afgebroken

geschiedenis

De "Aanbreng der Vijf Deelen" vermeldde in 1514 een molenaar in Tzum.

De molen staat aangegeven op de Schotanus-kaarten van 1664 en 1718.

In 1790 bood eigenaar-gebruiker Hans Gerrits de rog- en weitmolen te koop aan. Daarbij meldde hij dat er een eeuwige (grond)rente van twee gulden op rustte. Toen de verkoop niet lukte zette Hans, die inmiddels in Franeker woonde, de molen in 1791 weer te koop. Dat was nu echter op afbraak (aan de provincie), de spil werd toen uit de molen verwijderd en zo verdween de standerdmolen nog datzelfde jaar.

Het huis van de belastingcontroleurs bleef na het verdwijnen van de molen bestaan. Op 14 juni 1792 was de eerste afkondiging van de verkoop van “seekere deftige huisinge cum annexis, staande onder den dorpe Tzum, laast door de Lands cherchers bij de Rogmolen aldaar bewoond geweest”. Als begrenzingen noemde men “de vaart ten oosten en westen, Hendrik Jans ten zuiden en Jacob Entes ten noorden”. De verkoop was in opdracht van de Staten van Friesland, die daartoe op 26 oktober 1791 een besluit hadden genomen (Nedergerecht Franekeradeel inv.nr. 102, fol. 284-285).

Bronnen o.a.:
- "Een molenkroniekje van Friesland, ca. 1500-1600", artikel door D.M. Bunskoeke in De Utskoat nr. 24, dec. 1981.
- "Het molenbestand in Friesland, een overzicht van het aantal der industriemolens in Frl. tot 1900", art. door drs. D.M. Bunskoeke in De Utskoat nr. 40, dec. 1985.
- Informatie van D. Bunskoeke, 13 feb. 2009 & 28 jan. 2021.