Molen Korenmolen van Veenklooster, Veenklooster/ Feankleaster

geschiedenis

toestand

verdwenen

bouwjaar

< 1664

verdwenen

circa 1715

1714 - 1715 afgebroken

geschiedenis

Rond 1700 bleek het aantal korenmolens in de grietenij Kollumerland veel te groot om ook maar enigszins rendabel te kunnen werken. De Staten van Friesland ordonneerden dat de noodlijdende molens geheel dienden te verdwijnen. Aan de uitvaardiging van dat plakkaat op 15 april 1712 was een inventarisatie van alle in de provincie werkende koren- en andere windmolens voorafgegaan.

Het lot trof in Kollumerland de molens van Kollumerzwaag, Veenklooster, Warfstermolen en Westergeest. Hun eigenaren Hessel en Jacob Dirx, Hendrik Klaasen, Claas Roelefs en Jacob Pieters moesten naar een andere broodwinning omzien. Het bevel van de Staten werd zonder dralen uitgevoerd door de spil uit de molen te verwijderen.

Slechts Kollum, Burum en Munnekezijl bleven in het bezit van hun molens.

Bron: Noord-Oost-Friese korenmolens en hun molenaars, W.T. Keune, 1970.

-----


7 nov. 1714

Drie officieren en 100 man gecommandeerd om 4 molens in Kollumerland af te breken.

11 aug.1718

Gedept. schrijven aan het gerecht van Kollumerland naar aanleiding van het afbreken der vier molens.

Bron: Stads- en Dorpskroniek van Friesland I (1700-1800)
door Dr. G.A. Wumkes,
W.A. Eisma Cz., Leeuwarden, 1930