Molen De Queren / De Kweernmolen, Alkmaar

geschiedenis

toestand

verdwenen

bouwjaar

< 1597

verdwenen

circa 1704

1700, voor 1704

geschiedenis

De molen komt voor op de kaart van Cornelis Drebbel uit 1597.
-----

Op 26 maart 1666 werd voor de erfpachtsom van 3 pond een windbrief (het recht om een molen te mogen bouwen en exploiteren) voor een korenmolen (genaamd De Quiringh) te Alkmaar verstrekt aan Hendrick Claesz. en Gerardt Cornelisz., molenaars aldaar.
Bron en algemene informatie: www.gahetna.nl, index Grafelijkheidsrekenkamer: windrechten (molens).

Het betrof een ambtelijke inhaalslag ten aanzien van reeds bestaande korenmolens. Op dezelfde dag werden nog 4 windbrieven voor korenmolens in Alkmaar uitgegeven.
-----

In het historisch kadaster van het Regionaal Archief Alkmaar wordt op basis van C.W.Bruinvis, 'De molens van Alkmaar', p.16, het volgende gemeld bij kadastraal perceel Kad.B966:

Molen gen. Kwerenmolen aan de stadswal tussen Nieuwland en Baangracht stond in 1639 op de nominatie om te verhuizen, maar de vroedschap hield het (23 april) in overweging en de molen bleef op zijn plaats. Op 21 augustus 1700 werd afbraak aan het molenaarsgilde als eigenaar toegestaan.
-----

Deze molen is al voor 1704 afgebroken:

"1704 in maij 16 de Nieuwe stene spekbrug gemaakt, en de palen en blauwe stenen van de oude gekomen, op statshoutbos erf gebragt.
over de sats buijtengragt, voor de nieuwe barnderpoort een neiuwe brug brug van noode zijnde, wierd goedgevonden daar een stene te maken, en wierd de eerste steen der zelve gelegt op den 7 julij, door Emanuel Ras, zoon van de Fabrijkmeester Ras, de hoofden dezer brug wierde daar na te weerzijde aangevult door aarde van de werf der afgebroken Queeruig molen."

Bron: boek van de bouheerschap der stadt Alkmaar.
Ineke Smit, 28 juni 2009.