De molenaar van de Voormolen kreeg van de stad de beschikking over een stuk grond op het Paardeveld, aan het einde van de Bergstraat. Hierop herbouwde hij zijn afgebroken Voormolen. De eerste molenaars daar waren Symon Tomasz en Hendrik Pruys.
In de loop der jaren werden beide helften van de molen aan diverse nieuwe eigenaars overgedragen. Vanaf 1602 werd hij De Cleef genoemd, de herkomst van die naam is onbekend. Sommige navolgende eigenaars namen de naam van de molen aan als hun eigen achternaam.
Tijdens de orkaan van 1674 woei de molen om en werd niet herbouwd. Pas in 1744 werd er een nieuwe stenen molen gebouwd.
Bron: "Zes eeuwen molens in Utrecht", W.A.G. Perks. Met dank aan H. v.d. Kaay.
De Peerdeveltse molen te Utrecht, fragment Atlas Coenen van 's Gravesloot.
Het Paardenveld te Utrecht gezien vanuit het noordwesten, met het schavot en de Peerdeveltse molen.
Davy van Asperen, 8 juli 2008.
-----
Omschrijving onderste afbeelding:
Gezicht over de stadsbuitengracht te Utrecht ter hoogte van de Catharijnepoort uit het zuiden, met de Catharijnebrug en rechts het noordwestelijke bastion van kasteel Vredenburg; op de achtergrond de stadsmuur met enkele waltorens en de molen De Cleef op het Paardenveld. Geheel links het houten toegangshek van de Catharijnepoort.
Fotoreproductie van een anonieme tekening uit het midden van de 17de eeuw.
Datering: de molen is tijdens de tornado van 1674 omgewaaid.
Henk van der Kaay, 5 nov. 2008.