De molen was uitgerust met drie paar stenen.
Gebouwd in 1711 voor Thomas Abrahams Langerhuis en Fedde Cornelis (verzegeling 1734 3.X.112).
Eigenaars:
in 1734 verkoop van 1/3 door de eerste lieutenant Jannes Fretzes aan de kooplieden Peter Derks en Alle Peters Medendorp. ‘moetende alle jaren 15 stuivers aan het Zijlvest wegens de loyve worden betaald’ (3.X.112);
in 1754 verkoop van een 1/2 door Abel Thomas Langenhuizen aan Simon Blaupot (deze had de andere helft reeds in zijn bezit). ‘wordende jaarlijks uit de molen 15 stuiver loyvegeld betaald aan de Hoogwelgeboren Heer van Middelstum’ (waterschapslasten?) (3.X.136);
10-12-1762: Opregte Groninger courant
JANNEKE van DELDEN Wed. SYMON BLOUPOT , gedenkt op Donderdag den 23 December 1762 's avonds 5 uuren, ten Huyze van juffrouw de Wed. Lannerfeld in Groningen , daar de Conditien 3 daagen voor de Verkoopdag kunnen gelesen Worden , by Strykgeld te Verkopen , een Pelmolen met een Huys en Hof staande op eygen grond tot Noorder Hogerbrugge , buyten de Ebbinge Poort by Groningen , onder het E.E. Gerigte van Zelwert staande en gelegen ,om op Imo May 1763 te aanvaarden ; alles nader in de Anslagen vermelt.
in 1788 monsieur Roelf Schierbeek aan de heer Schnebbelie en mejuffrouw Anna Eggeriks ‘doende vijftien stuivers leinegeld of Cempagt aan de heer van Middelstum’ (RA. IV.s7); Jannes van Dam (verz. 17 december 1809 mr. Scate Gockinga; sinds 1809 Jan Klaassen Oost; Mr. Herman Trip (24-2-1819);
03-02-1809: Groninger Courant
Alle dien geene welke iets te pretenderen heeft, ofte schuldig is, als ook welke enige Gelden of Goederen onder zig berustende heeft van wylen JAN HARMS OLTMANS, laatst als Knegt gediend hebbende op de Pelmolen te Noorder Hogebrug by Groningen, word by dezen verzogt en ernstig aangemaand voor, of op den 15 Maart opgaaf of betaaling te doen aan J. VAN DAM te Noorder Hogebrug of de Koopman J. OLTHOF te Groningen al» hier toe gequalificeert.
in 1825 en 1831 was hier mulder Siewert Willems van der Molen van Grijpskerk tot 1835 (G.V.1927 p.207); sinds 1835 Derk Hendriks Aalfs.
11-08-1842: Bredasche courant
"Te Noorderhoogebrug, in de gemeente Noorddijk, provincie Groningen, ontstond in den avond van den 4den dezer, omstreeks half elf, brand in de pel- en roggemolen van Derk Hindriks Aalfs, welke zoo spoedig toenam, dat binnen weinige oogenblikken, nadat men denzelven had ontdekt, de geheele molen van onder tot boven in vlammen stond en ook zelfs gedeeltelijk niet meer gered konde worde. Binnen weinige uren was deszelve dan ook, met het daarin voorhandene graan, tot aan den grond toe afgebrand."
Herbouwd als Noorderhoogebrug vdV 655.
Sywerd van der Molen en Aafke Jans Wattema kochten de molen in Noorderhoogebrug in 1819, zij hadden deze tot 1839. Deze molen, een achtkante bovenkruier, was gebouwd in 1711. Het was oorspronkelijk een pelmolen, later ook een korenmolen. In het Groninger Museum bevindt zich een tekening, gemaakt door J. Bulthuis omstreeks 1750. Een niet geheel duidelijke aantekening duidt op een boekje (de Blicourt) in het gemeentearchief met een afbeelding van 24 februari 1819 (?).
Mijn opa Evert van der Molen (vader van mijn moeder) vertelde dat de molen in Noorderhoogebrug over een zijarm van het (later omgelegde) Boterdiep stond. De schepen konden eronder varen en de lading kon zo in- en uitgetakeld worden.
Sywerds vader, mijn bet-bet-overgrootvader was Willem Sijmons. Hij was molenaar op De Leeuw in Grijpskerk (Tenbruggencatenummer 06451 i).
Sywerd Willems van der Molen woonde in 1840 in Helpman (destijds gemeente Haren) en was zonder beroep. Hij was toen 57 jaar oud. Sywerd overleed in 1851.
Jan Heemstra, 29 april 2021.