Molen Slaanmolen, Eijsden

geschiedenis

toestand

verdwenen

bouwjaar

1612

circa

verdwenen

1930

gesloopt

geschiedenis

Eén van de koperslagers die reeds vóór 1614 uitweek, was Nicolaas Ruland.
Deze Lutheraan, getrouwd met Catlijne Leyedecker, vestigde zich echter niet, zoals verwacht mocht worden, in een gebied waarvan de heersers sympathiek stonden tegenover de nieuwe geloofsideeën, maar integendeel in het binnen de Zuidelijke Nederlanden tien kilometer ten zuiden van Maastricht gelegen, onder het bestuur van de aartshertogen Staande, Eijsden.
Toch had de regering te Brussel geen bezwaar tegen de voorgenomen stichting van een koperfabriek door Nicolaas Ruland in dit dorp, want zij verleende op 18 januari 1612 toestemming om 6 koperbatterijen op te richten tegen een jaarlijkse heffing van 24 gulden Brabants voor elke batterij. Zelfs verwierf Ruland tolvrijdom voor 12 jaar voor zijn fabrikaten, draad en ketels, in de gebieden van de koning van Spanje en voor het uit Duitsland via Holland in te voeren kopererts.

Nicolaas Ruland en Jacques de Zelandre waren bij de nieuwe onderneming nog Rogier Ruland, Bartholomeus Schorer, respectievelijk zoon en schoonzoon van Nicolaas, en Johans van Schel betrokken. Zij verwierven gezamenlijk in 1612 binnen de vrijheid Eijsden een aantal percelen grond in eigendom om er ovens en andere noodzakelijke bouwsels op te richten. Deze waren gelegen aan de westzijde van de Kerkstraat en aan de zuidzijde van het plein de Vroenhof en de kerk. De bouw van de zogenoemde “koperhof” of batterijen te Eijsden kostte 2754 gulden en 8 stuivers Luiks geld, waarbij nog eens 765 gulden en 5 stuivers kwam voor gereedschappen. Over het totaal bedrag moest aan J. de Zelandre metingang van het jaar 1614 een rente van 61/1 procent worden betaald
Informatie van Bobby Beck, 23-07-2023

Op 14 augustus 1850 verleenden Gedeputeerde Staten aan L. van Aubel vergunning voor het herstellen van de Slaanmolen en het verplaatsen van de tot die molen behorende sluis.
Bron: Regionaal Historisch Centrum Limburg (RHCL).
-----

In 1871 werd Winandus van Aubel eigenaar van de nog bestaande Muggemolen (Tenbruggencatenummer 06680 z). Zijn vader was toen eigenaar van de Slaanmolen.

Het linkerkoppel stenen in de nog bestaande Breustermolen (Tenbruggencatenummer 01142) heeft een recht pandselscherpsel en is afkomstig van de Slaanmolen.