Molen De Nieuwe Star, Rotterdam, stadsdeel Kralingen-Crooswijk

Rotterdam, stadsdeel Kralingen-Crooswijk, Zuid-Holland
v

korte karakteristiek

naam
De Nieuwe Star
modeltype
Kantige molen, stellingmolen
functie
snuifmolen, korenmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
06676 z
oude dbnr.
V12376
Meest recente aanpassing

locatie

plaats
Rotterdam, stadsdeel Kralingen-Crooswijk
gemeente
Rotterdam, Zuid-Holland
plaats(en) voorheen
Kralingen
streek
Rotterdam en omstreken
kadastrale aanduiding 1811-1832
Kralingen A (2) 721 Izaak Hioolen, korenmolenaar
geo positie
X: 95447, Y: 438484
N: 51.93163, O: 4.52130

constructie

modeltype
Kantige molen, stellingmolen
krachtbron
wind
functie
romp
achtkante bovenkruier op vierkante onderbouw
plaats bediening
stellingmolen
bediening kruiwerk
buitenkruier
plaats kruiwerk
bovenkruier
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
verbrand
geschiedenis

De eerste molen op deze plaats werd in 1829 gebouwd door Isaac Hioolen. Het was een windkorenmolen met de naam De Nieuwe Star.
Bron: Nederlandse Molendatabase.

Provinciale Drentsche en Asser courant, 28 mei 1853
Heden namiddag een kwartier na vier ure werd hier ter stede eene zware ontploffing gehoord elke terstond aan kruidontbranding deed denken. Korten tijd daarna vernam men, dat de werkplaats an den vuurwerkmaker Gall, aan de Lange Kade der de gemeente Kralingen, in de lucht was gevlogen, waarbij twee personen, de 34jarige zoon van genoemden vuurwerkmaker en een 14jarige jongen, die in de werkplaats aanwezig waren, zijn omgekomen. Naauwelijks was de werkplaats in den brand gevlogen, of de vlammen deelden zich mede aan den daaraan grenzenden snuif-, pel- en specerijmolen van den heer T. van der Velde, welke molen met al wat zich daarin bevond, binnen weinig tijds geheel in do asch werd gelegd. Door de spoedig aangebragte hulp der brandweer, zoo van Kralingen als Rotterdam, mogt het gelukken de overige nabij de plaats des onheus gelegen woningen te bewaren.

Rotterdamsche courant, 18 augustus 1865
Het onweder, dat gisteren avond boven onze stad losbrak en waarbij de bliksem insloeg in den molen de Ster, van den heer Hioolen, onder de gemeente Kralingen, ten gevolge waarvan die molen geheel eene prooi der vlammen is geworden, heeft ook elders schade aangerigt. Des nach+molen grootendeels uit hun verband geijkt; zware houten lagen op grooten afs+ nd. De brand, daardoor ontstaan, is door eenig water en den zwaren spoedig gebluscht. Naar men verneemt zijn lieden nacht, ten gevolge van het zware onweder, onder de gemeente Rijswijk in het veld verscheiden koebeesten doodgeslagen.

De molen brandde op 16 augustus 1865 af ten gevolge van onweer.
Bron: Provinciale Overijsselsche en Zwolsche Courant, 18 aug. 1865.
Erik Stoop, 2 juni 2010.

Rotterdamsche courant, 17 augustus 1865
Ongelukken, Misdrijven enz.
Door het inslaan van den bliksem ontstond er heden avond omstreeks half twaalf ure brand in een molen, toebehoorende aan den heer Hioolen, en staande aan de Kortekade, onder de gemeente Kralingen. De felle gloed, die zich aan de lucht vertoonde, verwekte ook te dezer stede algemeene ontsteltenis, en het welbekende geroep, tot in de theaters en andere plaatsen van publieke vermakelijkheden doordringende, bragt hier en daar schromelijke verwarring te weeg. Een half uur later echter was de bezorgdheid geweken, daar er spoedig geruststellende tijdingen werden ontvangen, en het bleek dat men de vlammen weldra was meester geworden.

Nieuwe Rotterdamsche courant : staats-, handels-, nieuws- en advertentieblad, 18 augustus 1865
Omtrent den brand onder Kralingen, waarvan wij gisteren melding hebben gemaakt, kan nader worden medegedeeld dat het onheil plaats had in een der onlangs geheel vernieuwde meelmolens der Gebr. Hioolen. Nadat een bliksemstraal een der houten molenwieken tot spaanders verbrijzeld had, die des morgens op verschillende afstanden gevonden, heeft de straal een weg gezocht door den molen en zette dezen weldra geheel in vlam.
Een aanzienlijke voorraad graan en meel, gedeeltelijk verassureerd zijnde, werd daarbij vernietigd. Aan de spoed en ijver der Kralingsche brandweer, alsmede die van hier ter stede, die ook weldra op de plaats des onheils verscheen, was het te danken, dat de op korten afstand daarvan gelegen molen de panden die als het ware aan eene vuurregen door de daarop gerigten wind blootgesteld behouden werden. Gelukkig is bij deze ramp geen verlies van menschenlevens te betreuren.

Na het verbranden werd de opvolger, een snuifmolen, geplaatst.