Molen De Gekroonde Haring, Zaandam-West

geschiedenis

toestand

verdwenen

bouwjaar

1662

verdwenen

geschiedenis

De windbrief voor de Gekroonde Haring werd op 7 maart 1662 uitgereikt aan de broers Abraham en Jan Jacobsz. Haring. De molen was gelegen aan het einde van het Haringpad, wat tegenwoordig de zuidkant van de Stationstraat is. Waarschijnlijk is dit pad genoemd naar, of de molen of haar eigenaars. In 1865 werden het Haringpad en het Spinhuispad gezamenlijk de Stationstraat.
In 1703 werd een nieuw assurantiecontract opgericht, waarin ook de Gekroonde Haring werd verzekerd, dit gebeurde op naam van Dirck Cornelis Haring. De molen had een verzekerde waarde van slechts Fl.400,-. Een bijzonder laag bedrag in die tijd.
Dirck Haring bleef tot 9 september 1718 verzekerd in dit contract, daarna treedt hij uit deze verzekering. In 1726 was de Gekroonde Haring het eigendom van Jacob Haring, in 1742 stond de molen op naam van zijn zoon Claas Jacobsz. Haring, met de vermelding dat Claas Haring loonzager was.
Op 29 mei 1761 werd de molen geveild, als volgt omschreven:”Een Balksagersmolen genaamd de Haaring c.a. met een treksager molen op het zelve erf staande, alles op 't end van het Haringpad….Fl.3,00 in de wint…”. De molen werd door sloper Jan de Vries gekocht voor Fl.900,-. Jan de Vries handelde in opdracht van Claas Heijn. De molen werd nog in datzelfde jaar gesloopt.
Het bedrag dat voor deze molen werd betaald, was vrij hoog voor die tijd, mogelijk werden tegelijkertijd ook het erf en de loodsen van de molen verkocht. Wanneer de molen precies verdween blijft onduidelijk. In ieder geval werd in 1766 het lege erf van de molen verkocht.

Bronnen:
- “Duizend Zaanse molens” P. Boorsma 1968 blz. 79
- www.duizendzaansemolens.nl R. Couwenhoven
- “Zaanse Windmolens” P. Boorsma 1939 blz. 58
- “de Zaende” 2e jaargang 1947 blz. 330
- “Zaandam, 150 jaar stad” o.a. Dr. S. Hart 1962 blz. 276-288
F. Rol.