Molen De Korenmolen van Cornelis Jeroensz. en Cornelis Willemsz., Wormer

geschiedenis

toestand

verdwenen

bouwjaar

1565

verdwenen

1574

verbrand

geschiedenis

Deze naamloze molen was de tweede meelmolen die werd gebouwd in Wormer. Het verzoek tot de bouw van deze molen werd gedaan door Cornelis Jeroensz. en Cornelis Willemsz. Een gedeelte van dit verzoek luidde als volgt:"C.J. en C.W., inwoenders ende buyren tot Wormer, overmits ter voorsz. plaetse nyet meer dan een coorenmoelen gesteld es een perteculier persoon toebehoirende, waerdoer die backers aldaer nyet genouch gerieft en moghen worden". Het verzoek werd ingewilligd en de molenaars moesten voor het gebruik van de wind, jaarlijks een bedrag van Fl.4,00 betalen.
De molen kwam op 16 juli 1565 in bedrijf. Een erg lang bestaan was deze niet gegund. Omstreeks 1570 werd er in de Zaanstreek, tijdens de Tachtigjarige Oorlog, door de Spanjaarden, behoorlijk huisgehouden. Op 2 januari 1574 werden de drie Wormer meelmolens moedwillig in brand gestoken, deze naamloze molen was daar een van. Op het erf van deze verbrande molen werd in 1584 een nieuwe meelmolen gebouwd, door Jacob Cornelisz. Onder welke naam deze molen later bekend was blijft onduidelijk.

Bronnen:
- "Duizend Zaanse molens" P.Boorsma 1968 blz. 183
- "Zaanlandsch jaarboek over het jaar 1932" G.J.Honig en S.Lootsma 1932 blz. 205-208
- "Zaanlandsch jaarboek over het jaar 1934" G.J.Honig en S.Lootsma 1934 blz. 157-161
- "Uit de geschiedenis van Wormer" C.Mol 1966 blz.117-121
F. Rol
-----

In 1564 werd de tweede meelmolen in Wormer gebouwd. Cornelis Jeroensz en Cornelis Willemsz ‘inwoenders ende buyren tot Wormer’ kregen op 16 januari van dat jaar de windbrief voor deze molen, die zoals toen gebruikelijk was, geen naam had. Het ging om ‘een Coorenmoelen… die backers aldaer nyet genouch gerieft en worden.’
Net als de eerste molen, die in 1554 gebouwd werd, ging deze molen hoogstwaarschijnlijk ten onder door oorlogsgeweld tijdens de Spaanse troebel, toen Wormer enkele keren werd overvallen door Spaanse troepen.

Tekst: Ron Couwenhoven, 10 mei 2012.