Molen De Ruiter, Westzaan

Westzaan, Noord-Holland
v

korte karakteristiek

naam
De Ruiter
modeltype
Kantige molen, stellingmolen
functie
papiermolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
06662 t
oude dbnr.
V3318
Meest recente aanpassing
| Conversie

locatie

plaats
Westzaan
plaatsaanduiding
In de Zuid, ten oosten van de weg, in de buurt van de Hogendijk.
gemeente
Zaanstad, Noord-Holland
streek
Zaanstreek
geo positie
X: 113407, Y: 495373
N: 52.44455, O: 4.77545

constructie

modeltype
Kantige molen, stellingmolen
krachtbron
wind
functie
romp
achtkante bovenkruier
inrichting
als grauwpapiermolen, met drie schepkuipen
plaats bediening
stellingmolen
bediening kruiwerk
plaats kruiwerk
bovenkruier
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
verbrand
geschiedenis
Met de bouw van de grauwpapiermolen De Ruiter werd tegen het einde van 1693 begonnen. Op 1 februari 1694 werd de molen voor het eerst in gebruik genomen. De Ruiter was gebouwd in opdracht van Cornelis Jansz. van Saenen. Op 3 maart 1695 ontving hij de windbrief voor de molen, jaarlijks betaalde hij een bedrag van Fl.9,00 voor het gebruik van de wind. Lang heeft Van Saenen niet gewerkt met de molen, eind 1696, begin 1697 overleed hij. Op 14 februari 1697 verkochten de erfgenamen van Van Saenen het merendeel van de aandelen in De Ruiter aan Jan en Cornelis Roelofse uit Westzaan. Voor 5/6 part in de molen betaalden zij toen Fl.3227,-. Later verwierven zij ook het ontbrekende part. De gebroeders Roelofse hielden De Ruiter tot 1708 in bedrijf. Op 18 oktober van dat jaar verkochten zij de molen voor Fl.3372:8:0 aan Jan Hendricksz. Wouw uit Westzaan. Al kort na de aankoop van de molen trad de zoon van Jan Wouw, Cornelis Jansz. Wouw, toe tot de firma van zijn vader.
Jan Wouw liet De Ruiter in 1711 tegen brand verzekeren in een assurantiecontract. Na het overlijden van Jan Wouw nam Cornelis Wouw voortaan de zaken waar, de molen bleef echter het eigendom van de weduwe van Jan Wouw.
Cornelis Wouw stierf in 1730. Kort daarna werd de van huis uit zijnde zeilenmaker, Jacob Hendriksz. Kruijt als directeur van De Ruiter aangesteld. Naast het directeurschap bleef hij echter zijn oude beroep uitoefenen.
In 1732 stierf Trijntje Cornelis, de weduwe van Jan Wouw. Op 24 januari 1733 verkochten haar erfgenamen het volgende, “Een hegte sterke, wel doortimmert en wel geconditioneerde graauw papiermolen, genaamt de ruijter met desselfs erff, schuuren, en gereedschappen daar bij sijnde, daar in lange jaaren de papiermakerije met veel succes is gedaan.” De molen is toen gekocht door Jacob Groot uit Wormerveer voor een bedrag van Fl.4650,-. Jacob Groot kocht de molen in opdracht van Jacob Hendricksz. Kruijt.
Jacob Kruijt kreeg zo de molen waarvan hij al enkele jaren directeur was in zijn eigendom. Kruijt werkte tot zijn dood in 1766 met De Ruiter. Op 2 oktober van dat jaar werd de molen door de weduwe van Kruijt verkocht aan haar zoon, Jacob Jacobsz. Kruijt.
Jacob Kruijt Jr. was in 1753 begonnen als zelfstandig papierproducent met de in de Krabbelbuurt staande papiermolen Het Huis Assumburg. In 1760 breidde hij de zaken uit door de in de Zuid van Westzaan gelegen papiermolen De Pronker te kopen. Met de aankoop van De Ruiter van zijn moeder kreeg Kruijt zijn derde molen in bezit. Met drie molens in zijn eigendom behoorde Jacob Kruijt tot de grootste papierproducenten in de Zaanstreek.
In 1778 kocht Jacob Kruijt nog een papiermolen, nl. De Witte Dolfijn die vlak bij Het Huis Assumburg stond. In dat jaar trad de zoon van Jacob Kruijt, Jan Kruijt, toe tot de directie van de firma. Jan Kruijt stierf in het jaar 1785, waarna Jacob Kruijt De Witte Dolfijn en De Pronker verkocht. Jacob Kruijt zelf stierf een jaar na zijn zoon, in 1786. De weduwe van Kruijt zette toen de zaken voort. Zij zou dit niet lang doen, want al in 1787 verwisselde ook zij het tijdelijke met het eeuwige. Hierna hield de firma Kruijt op te bestaan.
Op 15 december 1787 werd het volgende verkocht, “De hechte sterke en wel getimmerde Grauwe Papiermoolen met drie kuipen genaamd de Ruiter.” Voor Fl.7000,- kwam de molen toen in handen van Dirk Hoofd.
Op 2 mei 1801 raakte de molen in brand en werd geheel verwoest. Er volgde geen herbouw. Kort hierna stierf Dirk Hoofd. In zijn boedelscheiding, gedateerd op 19 mei, stond nog het volgende opgeschreven: “Een grauwe papiermolen met 3 kuijpen c.a., genaamd de Ruijter, te Westzaan.”

In zijn boek “Duizend Zaanse molens” vermeldde Pieter Boorsma een papiermolen genaamd De Reus. Echter vermoedde hij toen al dat het hier dezelfde molen betrof als De Ruiter. Deze conclusie is juist. De overeenkomst van de eigenaren van De Reus en De Ruiter is identiek. Vermoedelijk is de naam De Reus een spel- of een leesfout geweest.

Bronnen:
- “Duizend zaanse molens” P. Boorsma 1968 blz. 228
- “De papiermolens in de provincie Noord-Holland” H. Voorn 1960 blz. 458-461
F. Rol, Zaandijk.

aanvullingen

trivia
Papiermolen “de Ruiter”, mogelijk ook “de Reus” genoemd, achtkante bovenkruier met schuren, te Westzaan in de Zuid ten oosten van de weg in de buurt van de Hogendijk. Bouwjaar is 1693, verbrand in 1801.

De locatie is gebaseerd op de kadasterkaart van 1902 van VZM, waarop de molennaam is bijgeschreven.