De molen heeft er zeker tussen 1839 en 1859 gestaan samen met nog een poldermolen iets westelijker, zie Het Hoornder-Nieuwland, westelijke molen, Tenbruggencatenummer 01640 h.
---
De molen sloeg het polderwater samen met dat van De Kuil, uit op de limietsloot tussen de Prins-Hendrikpolder en de eigendommen van de erven D. de Graaf. Vervolgens liep het water samen met dat van de 29 gemeenschappelijke polders langs een uitwateringskanaal door de Prins-Hendrikpolder heen naar diens zeesluis.
Deze molen staat nog aangegeven op de topografische kaart van 1917.
In 1936 werd de polder bemalen door een windmotorinstallatie met stalen vijzel. De polder had toen bovendien een hulpbemalingsinstallatie, bestaande uit een centrifugaalpomp, aangedreven door een ruwoliemotor van 10 pk.
Bronnen:
De zeeweringen en waterschappen van Noordholland, Mr. G. de Vries Azn., 1864.
De zeeweringen en waterschappen van Noordholland, derde uitgaaf, D. Kooiman, 1936.
MHO