Molen Zuidermolen / De Sprockelenburg, Enkhuizen

geschiedenis

toestand

verdwenen

bouwjaar

< 1600

verdwenen

1836

ingestort

geschiedenis

De molen wordt in het verpondingscahier van 1630 "De Sprockelenburg" genoemd.

In 1739 was de eigenaar Jan Karseboom, deze had ook nog een deelbelang in De Hoop. Na een klacht dat de behandeling bij De Hoop traag werd bevonden en de molenaar zich moest schamen, zei hij: "Ik maal om geld en niet om glorie". En verwees naar zijn andere molen De Zuidermolen voor een snellere behandeling!

Na 1806 waren nog maar twee Enkhuizer korenmolens over, De Zuidermolen en De Colhorn.

Tijdens een novemberstorm in 1836 stortte De Zuidermolen in. Volgens molenaar Albert de Kruiff bedroeg de schade ƒ 5000, maar de stadsarchitect taxeerde de waarde voor de storm op ƒ 2500. De molen werd niet meer herbouwd.

Bron: Steevast 1986, jaaruitgave Vereniging "Oud Enkhuizen", met dank aan H. van der Kaay.
-----

22 april 1766 : "Uit de hand te koop de helft in een welbeklante Meel Molen, genaamd de Zuyder Moolen, staande en gelegen in Enkhuyzen aan de Stads Vesting bezuyden de Wester of Koepoort, met de helft in alle de Gereedschappen daarby behoorende; als mede de helft in het Woonhuis, staande aan de Oostzyde en de helft in de Koestal; te bevragen bij Paulus de Groot, Makelaar te Enkhuizen."
Bron (ook meer informatie en origineel van onderstaande tekening): Bibliotheca Enchusana.

Oprechte Haarlemse courant, 4 augustus 1803

Uit de hand te Koop: Een welbeklante WIND-KOORN-MOLEN, zynde een Stander, genaamd DE ZUIDER-MOLEN, met deszelfs Huize en Stalling, staande binnen de Stad Enkhuizen; te bevraagen by den Eigenaar aan voorn. Molen.