Molen van Vrijhoeve-Capelle, Vrijhoeve-Capelle

Vrijhoeve-Capelle, Noord-Brabant
v

korte karakteristiek

naam
Molen van Vrijhoeve-Capelle
modeltype
Standerdmolen
functie
korenmolen, runmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
06505 z
oude dbnr.
V6087
Meest recente aanpassing
| Foto
media-bestand
Molen 06505 z Molen van Vrijhoeve-Capelle (Vrijhoeve-Capelle)
1620 vervaardigd door Jacob Jan Symonsz

locatie

plaats
Vrijhoeve-Capelle
plaatsaanduiding
1,5 km Z v. kasteel Zuidewijn, dorpsstraat n.z.
gemeente
Waalwijk, Noord-Brabant
streek
De Langstraat
kadastrale aanduiding 1811-1832
Vrijhoeve Capelle B (1) 89 De Wed. Wouter Heymans, molenaar
geo positie
X: 129563, Y: 409320
N: 51.67211, O: 5.01948

constructie

modeltype
Standerdmolen
krachtbron
wind
functie
plaats bediening
plaats kruiwerk
middenkruier
kruiwerk
zetelkruier
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
, vervangen 1747 ?
verdwenen
verplaatst
geschiedenis

Reeds uit 1379 en 1432 zijn vermeldingen van een molen in het ambacht bekend

Rond 1550 werd Ocker Janszoon de huurder van de molen.

Op 30 maart 1568 werd voor de erfpachtsom van 6 pond een windbrief (het recht om een molen te mogen bouwen en exploiteren) voor een korenmolen te Vrijhoeven verstrekt aan Ocker Jans, wonende in de vrijheid van Vrijhoeven.
Bron en algemene informatie: www.gahetna.nl, index Grafelijkheidsrekenkamer: windrechten (molens)

Ocker Jans werd als molenaar opgevolgd door zijn zoon Peter, en die door zijn schoonzoon Mels Aertsen, die echter geen molenaar werd maar schout en richter. Aertsen verkreeg tevens de concurrerende rosmolen. Zijn schoonzoon Hendrik Arien Heijmans slaagde erin het onder 40 eigenaren versnipperde eigendom weer bijeen te brengen. De molen verkeerde in 1674 in vervallen toestand.

Familielid Adriaen Timmer was rond 1697 een van de molenaars. Zoon Adriaen overleed in 1727 en werd toen erfmolenaar genoemd. Andere zoon Arnoldus, eigenaar en molenaar te Dussen, verkreeg de molen in Vrijhoeve-Capelle, en verpachtte hem ondermeer in 1746 aan Anthonij Langeweg.

Ten Bruggecate geeft als bouwjaar 1747. Dat lijkt sterk gezien de geschiedenis. Mogelijk is de molen in 1747 vervangen.

Vanaf 1750 kwam Arnoldus' zoon Henrik Heijmans op de molen.

Als gevolg van de concurrentie van omliggende stellingmolens had de laatste eigenaar Heijmans rond 1850 als hoofdberoep landbouwer. Hij verkocht de molen, die in 1855 grotendeels naar Sprang werd overgebracht als vervanging van de daar afgebrande molen.

Bron: "De molenaar en zijn windmolens in de Langstraat", Jan Rosendaal, in De Klopkei 1996-2 (tijdschrift van de Heemkundige Kring "De Erstelinghe", Waalwijk). Verzameling H. van der Kaay.
-----

Een glasschildering met de afbeelding van een wipmolen en de tekst "Adriaen Handricksz. mulder tot Sprang: ende Clasken Mertens van Dyck zijn huisvrouw: anno 1651" herinnert aan het Sprangse molenaarsgeslacht Heijmans. De oude molen van Sprang brandde echter in 1855 tot de grond toe af. De toenmalige molenaar Reijnders zag af van herbouw en vertrok naar Gorinchem

Molenaar C.G. Kien uit Budel kreeg in genoemd jaar 1855 vergunning tot oprichting van een windkorenmolen in Sprang. Hij kocht hiertoe de standerdmolen van de familie Heijmans in Vrijhoeve-Capelle. Deze molen werd, gedeeltelijk gedemonteerd, naar de huidige standplaats in Sprang overgebracht. Dat gebeurde met behulp van boomstammen, door paarden getrokken. Zo was Sprang opnieuw een molen rijk, waarvan Kien de molenaar was. In de molen werd voornamelijk graan vermalen. Er was echter ook een looisteen aanwezig, verwijzend naar de Langstraatse bedrijvigheid. Deze steen is echter in 1968 verwijderd. Na Kien volgden er nog diverse molenaars; als laatste Jac. Volkerts in 1930. Hij verkocht de molen in 1958 aan de gemeente Sprang-Capelle.

Bron: informatiefolder Gemeente Waalwijk.
jnjv