Molen De Kersenboom / De Wattendeken, Westzaan

Westzaan, Noord-Holland
v

korte karakteristiek

naam
De Kersenboom / De Wattendeken
modeltype
Kantige molen, stellingmolen
functie
zaagmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
06392 j
oude dbnr.
V3250
Meest recente aanpassing

locatie

plaats
Westzaan
plaatsaanduiding
In de Zuid ten oosten van de weg, tussen de Pronkersloot en de Korenbloemsloot.
gemeente
Zaanstad, Noord-Holland
streek
Zaanstreek
kadastrale aanduiding 1811-1832
Westzaan D (1) 318 Louis Robert, koopman
geo positie
X: 113735, Y: 494831
N: 52.43971, O: 4.78034

constructie

modeltype
Kantige molen, stellingmolen
krachtbron
wind
functie
inrichting
als balkenzager
versieringen
De molen bezat aan de westkant in het lijf, een geschilderd naambord met daarop afgebeeld een Kersenboom, rijkelijk voorzien van bloesem.
plaats bediening
stellingmolen
bediening kruiwerk
buitenkruier
plaats kruiwerk
bovenkruier
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
gesloopt
geschiedenis
De balkenzager De Kersenboom werd in het jaar 1700 opgericht. Op 17 juni van dat jaar werd de windbrief van deze molen uitgereikt aan Cornelis Jansz. Dekker. De Kersenboom zou een behoorlijk lange tijd in bezit van de familie Dekker blijven. Nog in 1726 stond de molen op naam van Cornelis Dekker. Later kwam De Kersenboom in bezit van, vermoedelijk, zijn zoon Simon Dekker. Deze laat de molen op 7 mei 1744 verzekeren bij de collectieve brandverzekering het Papiermakerscontract. De verzekerde waarde van de molen bedroeg Fl.1500,-.
Nog in 1772 was Dekker eigenaar van de molen, daarna worden de gegevens over deze molen schaars.
Op 28 januari 1847 werd de Zuid van Westzaan geteisterd door een storm met een orkaankracht. Jan Jacobsz. Honig uit Zaandijk maakte over deze storm de volgende aantekening en noteerde de schade aan de molens.
“Een orkaan of windhoos teisterde op den 28sten januari van het jaar 1847 o.a. de volgende molens op het Zuideind van Westzaan: De Tweeling van Jan Kruyt; 1 roed; ’t Kind van Weelde van C. Dekker & Co: 2 roeden; De Huismusch van A. de Lange & Zonen: 1 zeil; De Groene Jager van A. Buys: 4 end hekkens, 1 draaihoofd en wijfelaar; Het Vliegend Hart van A. Buys: 3½ end hekken, 1 gang kammen; De Jonge Dekker van A. de Lange & Zonen: roed, as, luitens; De Kruidberg van C. Kruyt: 1½ end hekkens; De Oude Visser van A. de Lange & Zonen: 1 roed, 1 end hekkens, 2 gang kammen (met begin van brand); Het Witte Schaap van J. Dekker Gz.: 1½ end hekkens; De Kapol (watermolen): 1 roed; De Blauwe Kuiper van J. Kruyt: 1 end hekkens; De Witte Troffel van J. Huysinga: 1½ end hekkens, eenige kammen en de roed gespleten; De Kerseboom van Louis Robert te Utrecht: eenige hekkens; De Veldmuis of Kikkert: 4 zeilen geheel weg. Deze molen evenals de Kruitberg hebben een geruimen tijd linksom gemalen.” In vergelijking met zijn collega’s kwam De Kersenboom er nog genadig af.
De molen was het eigendom van een Utrechtse firma. De firma Louis Robert & Zonen bleef tot 1877 met de molen werken.
Op 7 juni 1880 woedde er een zwaar onweer boven de Zuid van Assendelft en de Zuid van Westzaan. Tijdens deze bui werd De Kersenboom raak geslagen door de bliksem, waarna er brand uitbrak. Vermoedelijk heeft het personeel van de molen de brand weten te blussen, de schade bleef beperkt. Naast De Kersenboom werden in Assendelft de oliemolen Het Huis Assumburg en de poldermolen De Parel raak geslagen, zonder dat er brand uitbrak. De Westzaner pelmolen De Korenbloem was minder gelukkig, hij brandde tot op de penanten toe af.
Wie de laatste jaren met De Kersenboom werkte in niet duidelijk. De molen werd in 1886 gesloopt.
(zie ook www.duizendzaansemolens.nl)

Over de fraaie bijnaam van de molen schrijft Pieter Boorsma in zijn boek “Zaanse Windmolens” het volgende, “De Kersenboom had een eigenaardigen bijnaam, nl. De Wattedeken, of zoals hij gewoonlijk in de wandeling heette: De Wat. Deze benaming is toe te schrijven aan zijn naambord, waarop een zeer overvloedig bloeiende kersenboom afgebeeld was. De schilder was erf royaal geweest met het aanbrengen van bloesem zodat het leek of er een deken over den boom gevallen was. Dus weer een spotnaam, waarmee het werk van den ‘kunstenaar’ werd gelaakt.”

Alle zaanse molens zijn vroeger verplicht geweest om twee naamborden aan de molen te hebben hangen. Dit in verband met de belasting heffing. Op het ene bord stond de naam van de molen in letters geschreven op het andere bord werd de molennaam in een schildering uitgedrukt. Zo konden ook analfabeten in die tijd de molennaam herkennen.

Bronnen:
- “Duizend Zaanse Molens” P. Boorsma 1968 blz. 222
- “Zaanse Windmolens” P. Boorsma 1939 blz. 96
- “250 Zaanse molens” R. Couwenhoven 2001 blz. 120
- www.duizendzaansemolens.nl R. Couwenhoven
- “de Zaende” 3e jaargang 1948 blz. 147
F. Rol, Zaandijk.

aanvullingen

trivia
Balkenzager “de Kersenboom”, bijgenaamd “de Wattendeken”, achtkante bovenkruier met zaagschuren, te Westzaan in de Zuid ten oosten van de weg, tussen de Pronkersloot en de Korenbloemsloot. Bouwjaar 1700, gesloopt in 1886.
-----

In de Noord van Westzaan draagt een straat van een nieuwbouwbuurtje de naam van deze molen. Deze straat ligt echter niet in de buurt van het oude molenerf.
-----

De Karseboom werd op 2 mei 1877 door notaris Borret voor ƒ 12.000 (= samen met De Sint Jacob) getransporteerd van O.A.J. Robert naar Albert de Lange. (Register van 19e-eeuwse molentransporten, door Corn. van de Stadt Willemsz, blz. 419).