Molen De Bijl, Zaandam-Oost

Zaandam-Oost, Noord-Holland
v

korte karakteristiek

naam
De Bijl
modeltype
Paltrokmolen
functie
zaagmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
04912 u
oude dbnr.
V4010
Meest recente aanpassing

locatie

plaats
Zaandam-Oost
plaatsaanduiding
Zuidervaldeursloot nz., halverwege Oostzijde en Gouw
gemeente
Zaanstad, Noord-Holland
streek
Zaanstreek
kadastrale aanduiding 1811-1832
Zaandam C (1) 532 Jacob Middelhoven, koopman
geo positie
X: 117138, Y: 495398
N: 52.44505, O: 4.83032

constructie

modeltype
Paltrokmolen
krachtbron
wind
functie
inrichting
als balkenzager
plaats kruiwerk
onderkruier
kruiwerk
onderkruier
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
verbrand
geschiedenis
Het bouwjaar van de balkenzager De Bijl is nooit gevonden. De eerste vermelding dateert van 14 maart 1710 in een boedelbeschrijving. Van wie wordt niet genoemd.

Omstreeks 1720 was De Bijl het eigendom van Jan Pietersz Blauw. Op 23 december 1728 betaalde eigenaar Jan Pietersz Blauw ƒ 3 windpacht, een bedrag dat voor paltrokken betaald werd. Later kwam de molen in handen van zijn zoon Pieter Jansz Blauw. Op zijn naam werd de molen op 1 januari 1734 tegen brand verzekerd in het zgn. Hondiuscontract. Dit contract werd op die dag opgericht voor en door eigenaren van houtzaagmolens in Zaandam. Bij de oprichting traden ruim 30 houtzagers toe tot dit contract. De verzekerde waarde van De Bijl bedroeg ƒ 1200.
In 1742 stond Jan Pietersz Blauw als eigenaar van De Bijl te boek. Of dit nu dezelfde persoon was die de molen omstreeks 1720 kocht is niet bekend. Het kan ook een kleinzoon van hem zijn geweest.

In 1760 was De Bijl het eigendom van Hendrik Aalsmeer. Naast De Bijl werkte Aalsmeer ook met de Westzaandammer paltrokken De Jonge Visscher en Het Witte Schaap. Tot wanneer Aalsmeer met De Bijl werkte is niet bekend.

De Bijl werd in 1789 gekocht door de Zaandammer houtzager Hendrik Stadlander. Hij kocht de molen tegelijkertijd met de paltrok De Veldvlieger. Deze molen stond direct ten oosten van De Bijl.
Hendrik Stadlander begon zijn houthandel in het jaar 1774 met de aankoop van de Oostzaandammer paltrok De Jonge Kat. Hij nam de molen over van zijn vader Jan Stadlander. De Jonge Kat stond op het eiland in de Voorzaan. In 1786 kocht hij zijn tweede molen, de bovenkruier De Oude Hoop, bijgenaamd Het Rasphuis.
Na aankoop van De Veldvlieger en De Bijl deed Stadlander De Jonge Kat weer van de hand.

Kort na 1800 stierf Hendrik Stadlander. In 1804 stichtte zijn weduwe Antje van Eys samen met haar schoonzoon Jacob Middelhoven de firma Weduwe Stadlander en Middelhoven, een bedrijf dat later grote bekendheid genoot in de Zaanstreek. Toen Antje van Eys in 1820 overleed, werd het bedrijf voortgezet door de familie Middelhoven.
In 1828 werden de zaken uitgebreid door aankoop van de Oostzaandammer paltrok De Zalm. Deze molen stond iets ten zuiden van De Bijl. Met deze molens bleef de firma Stadlander en Middelhoven gedurende het grootste gedeelte van negentiende eeuw werken.
In 1872 vond de eerste grote modernisering plaats bij de firma Middelhoven. In dat jaar werd De Veldvlieger voor sloop verkocht, en verrees er op het erf van deze paltrok een nieuwe stoomhoutzagerij waarop de molennaam overging.

Op 15 augustus 1876 raakte De Bijl door onbekende oorzaak in brand en werd hij volledig met zijn loodsen en schuren in de as gelegd. Er volgde geen herbouw meer, De Veldvlieger kon het werk van De Bijl overnemen.

In tegenstelling tot vroegere aannames was De Bijl geen bovenkruier, maar een paltrokmolen. Dit blijkt onder meer uit een ets die Pieter Godfried Bertichem uit Amsterdam maakte in februari 1825 tijdens de watersnood in dat jaar, deze ets staat afgebeeld in Zaanse Verhalen 2016. De veronderstelling dat het een bovenkruier was, werd ingegeven door een doosje verbrand riet dat in het molenmuseum wordt bewaard en dat volgens de beschrijving afkomstig is van de Bijl in Oostzaandam. In Oostzaandam heeft maar één molen gestaan met de naam de Bijl. Verder duidt het bedrag van de windpacht op een paltrok, alsmede de weergave op de kadasterkaart van 1811-1832.

Bronnen:
- “Duizend Zaanse molens” P. Boorsma 1968 blz. 119
- “Zaanse molenbranden” R. Couwenhoven 2001 blz. 18
- “Encyclopedie van de Zaanstreek” 1991 blz. 474/ 673
- “de Zaende” 3e jaargang 1948 blz. 225
- Zaanse Verhalen 2016, Ron Couwenhoven, blz. 20-21

aanvullingen

trivia
Pieter Boorsma meldt in zijn boek “Duizend Zaanse molens”, dat zich in het molenmuseum nog een doosje bevindt met verkoold riet, afkomstig van deze molenbrand.

De Bijlstraat in Zaandam-Oost is naar deze molen vernoemd. De straat ligt iets ten noorden van het oude molenerf.