Molen van Wed. Westerling, Eelde

geschiedenis

toestand

verdwenen

bouwjaar

1848

1881 verbrand, 1882 hersteld

verdwenen

1896

verbrand

geschiedenis

Op 15 april 1848 kochten de drie zonen van bakker Uge Uges een boomgaard van hun ouders. Het perceel lag aan de Hoofdweg, op de hoek van de huidige Drostweg. Nog dat jaar werd daar begonnen met de bouw van een stenen korenmolen. Bij de molen kwam geen molenaarshuis, want een van de broers woonde op loopafstand aan de Hooiweg.

Op 17 mei 1881 brak er in de molen brand uit. De oorzaak was niet bekend, maar de brand werd aangewakkerd door een sterke noordwestenwind. Het inwendige van het gebouw was binnen een paar uur totaal door het vuur verteerd, zodat alleen de romp bleef staan.

Op 13 april 1882 werd het molenperceel met de restanten van de molen in veiling gebracht. De nieuw eigenaar begon met de bouw van een huis aan de Hoofdweg. Uiteraard werd ook de molen herbouwd. Eind 1882 stond het huis er en was de molen hersteld.

Op 12 maart 1896 was het opnieuw raak. Tussen middernacht en 1 uur werd brand in de molen ontdekt door twee veldwachters. Zij wekten eerst de molenaar, stelden de burgemeester in kennis van de brand en lieten daarna de klok luiden. Ook nu viel aan blussen niet te denken. De verzekering dekte volledig de geleden schade.
Besloten werd de molen niet weer op te bouwen. In 1912 werd ook het molenaarshuis gesloopt.
Bron: "Molens in Eelde", website Historische vereniging Ol Eel.
-----

De molen was in eigendom van de weduwe Westerling, molenaar was Hilkemeyer.
Bron: archief Ten Bruggencate.