Twee koppel stenen; mengmachine; jacobsladder; koekenbreker; ruwoliemotor
| fabrikant | roenummer | positie bouw | fabricagejaar | jaar gestoken | positie | jaar verdwenen | lengte | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Pot | ✉︎ | ? | buiten | ? | 1927 | buiten | 1963 | 19,80 |
| Pot | ✉︎ | ? | binnen | ? | 1927 | binnen | 1963 | 19,80 |
2 potroeden
Sinds 1927 was de molen voorzien van zelfzwichting. Later, in ieder geval in 1941, had de molen tevens halve verdekkering en dwarskleppen.
Deze roedes zijn, nadat de molen in 1964 werd afgebroken, verdwenen.
Mogelijk kwamen deze roedes van een gesloopte poldermolen van de Tilburgerpolder.
Sinds 1927 een gietijzeren as afkomstig van de molen van de Tilburgpolder
1840: De voorloper van molen "de Juffer" Stond aan de Hoofdstaat (zuid) te Gasselternijveen.
In het jaar 1840 werd door de heren Hogenesch en Wolthuis de goedkeuring gevraagd voor het bouwen van een korenmolen. De goedkeuring werd door Gedeputeerde Staten van Drenthe verleend. In 1841 was men met de bouw van de molen gereed en kon men aanvangen met het malen van graan. Later waren de eigenaar molenaars de heren Brunsting en Salomons.
1841: Deze rondstenen stellingmolen werd in 1841 door R. Vlieghuis gebouwd te Borger.
1924: De molen die 60 ellen van de weg stond kwam in handen van de familie Graver.
1925: Er vond een grote restauratie plaats waarbij de as en de roeden kwamen van de Tilburgpolder te Scharmer.
01-10-1941: Nieuwsblad van het Noorden, woensdag 1 October 1941
Gasselternijveen. De heer K. Graver te Drouwenerveen heeft onderhands zijn korenmolen en behuizing en pakhuis te Gasselternijveen verkocht aan den heer Js. Graver te Drouwenerveen.
1942: Stormschade, weer hersteld
1943: sloopvergunning verleend
1944: Stormschade, weer hersteld
1947: hersteld voor 3700 gulden door molenmakers Roemeling en Hassing uit Scheemda
1948: certificaat De Hollandsche Molen
1951: nog één koppel stenen. Eerst wordt er nog gemalen met een ruwoliemotor, later met een elektromotor de molen is ingericht met een hamermolen en mengmachine
1952: de molen krijgt het bovenrad en bonkelaar uit Kropswolde
1959: de molen staat niet op de monumentenlijst en restauratie kostte 30.000 gulden.
1961: werd de molen voor een symbolisch bedrag van een gulden eigendom van de Gemeente Gasselte.
1963: steen voor steen afgebroken. De bruikbare onderdelen kwamen in opslag bij de Gemeentewerf.
De gietijzeren as heeft men het slopen naar beneden laten vallen. Deze as was afkomstig van de molen van de Tilburgpolder te Scharmer.
De roeden zijn na de sloop verdwenen. Ze waren net als de gietijzeren bovenas afkomstig van de Tilburgpolder te Scharmer.
1969: afgebroken en geheel nieuw herbouwd te Gasselte.
1974: Na enige jaren van bouwen had molenbouwer Medendorp uit Zuidlaren de molen in 1974 weer draaivaardig.
bron: documentatie wijlen heer Blaauw
Informatie van Charles Houx, 19 februari 2009
Ansichtkaart, serie 32 nr 1, Foto W.O. Bakker, opname 1941 coll DVM