Molen Susterenmolen, Susteren

Susteren, Limburg
v

korte karakteristiek

naam
Susterenmolen
modeltype
Watermolen
functie
korenmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
restant
beek
Rode Beek
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
03901
oude dbnr.
V440
Meest recente aanpassing
media-bestand
Molen 03901 Susterenmolen (Susteren)
Foto: S.Boumans, opname 16 juli 2005

locatie

plaats
Susteren
plaatsaanduiding
Molenweg 29
beek
Rode Beek
gemeente
Echt-Susteren, Limburg
streek
Midden-Limburg
kadastrale aanduiding 1811-1832
Susteren D (2) 965 Lambertus Leurs, molenaar
geo positie
X: 187617, Y: 341596
N: 51.06300, O: 5.85248

constructie

modeltype
Watermolen
krachtbron
water
kenmerken
functie
inrichting
N.v.t., woonhuis sinds 1946
gangwerk
wateras
rad
rad diameter
zie tekst
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
restant
bouwjaar
circa
verdwenen
ontmanteld
geschiedenis
De Susterenmolen was een typische welgestelde Limburgse dorpsmolen.
De witgesauste muren, de molen met het grote woonhuis onder één wolfsdak en het open houten waterrad tegen de zijgevel gaven het gebouw een bijzonder karakter.
Aan de achterzijde lag een grote tuin en aan de zijde van de beek lagen een pad en een weg.

Het gehele molenwerk was van hout. Drie koppel 17-er maalstenen lagen naast elkaar op een houten steenbedding, daaronder lag het gangwerk. Boven de molenas bevond zich een korte koning met het spoorwiel. Tegen de onderzijde van dit wiel was de wieg (een grote schijfloop) gebouwd die door het aswiel werd aangedreven. Het spoorwiel dreef zoals gebruikelijk de twee rondsels van de maalstenen aan, die aan beide zijden van de molenas lagen. Aan de linkerzijde lag de aandrijving van het derde koppel stenen. Deze bestond uit een tussenas aan één zijde voorzien van een schijfloop, die op het aswiel werkte, en aan de andere zijde van een kroonwiel, dat op het rondsel van de steenspil liep. Het waterrad kon één koppel stenen aandrijven. De andere maalstenen werden uit het werk gezet door een paar staven uit de betreffende schijflopen te nemen.
Omstreeks 1930 werd de tussenas verwijderd en vervangen door een ijzeren drijfwerk met een conische tandwieloverbrenging op de steenspil en een elektromotor met riemtransmissie.
Het onderslagrad had een middellijn van 5,80 m, een breedte van 0,59 m en een schoephoogte van 0,31 m.
Door de kleine afmetingen van de schoepen was het waterrad niet krachtig en verbruikte veel water. De maalsluis werd vanuit de molen bediend door een haal. Naast deze sluis bevond zich één lossluis.

Voor de Eerste Wereldoorlog werd er ook schors gemalen, daarna alleen voergraan en tarwe. Van het tarwemeel werd met behulp van een buil ook bloem gemaakt.

In het begin van de 19e eeuw was de molen met huis bouwland, hooiland en tuin eigendom van Lambertus Leurs, molenaar in Susteren.
Na zijn overlijden kwam de molen met aanhorigheden bij deling van de nalatenschap in 1844 in bezit van Gerardus of Jan Gerard Vencken, looier in Papenhoven.
Hij bezat verder in Susteren een oliemolen en in Obbicht de windmolen.
Bij de deling in 1849 werd Maria Agnes Winteraken, de weduwe van Gerardus Vencken voor de helft eigenaresse. Pieter Renier Vencken, gehuwd met Maria Helena Canoy en grondeigenaar in Papenhoven, en Maria Gertrudis Vencken gehuwd met Frans Jan Baptist Heiligers, koopvrouw in Maaseik, werden elk voor 1/4 deel eigenaar. In 1861 werden zij ieder voor de helft eigenaar. Bij de boedelscheiding in 1899 kregen Michiel Vencken en Joseph of Marie Joseph Severinus Vencken ieder de helft van de molen met alles wat er toebehoorde. Joseph, roepnaam Sjef, kwam toen als molenaar op de molen, die tot die tijd was verpacht.
In 1941 werd de watermolen stilgelegd en het waterrecht verkocht. Joseph Vencken overleed in 1943. De molen met woonhuis vererfde toen aan de kinderen: Maria Helena Marcella, gehuwd met E.A.J.M. Schoffelen, Alphonsine Josephine Philomene en Maria Josephine Jeanne.
Tijdens het Britse offensief midden januari 1945 liepen ook de Susterenmolen en het huis grote schade op. Een zware granaat sloeg door de muur aan de binnenplaats zonder te ontploffen. De blindganger veroorzaakte de minste schade. Direct na de Tweede Wereldoorlog werd met de wederopbouw van Susteren begonnen. De beektak, die door het dorp liep, werd gedempt. In 1946 werd de molen met huis verbouwd tot herenhuis. De zijgevel die aan de beek lag, werd ongeveer drie meter naar binnen geplaatst.
Van de molenaarsfamilie was Jeanne Vencken de laatste bewoonster.

aanvullingen

trivia
Het molenhuis van de voormalige stadsmolen van Susteren, dat rond 1500 werd gebouwd in opdracht van de hertog van Gulik.
Het was een z.g. banmolen, gelegen aan de Rode Beek, die vroeger midden door het stadje Suseren sroomde. Het molengebouw werd in 1945 gesloopt, na in de oorlog zware schade te hebben opgelopen. in 1959 werd de Rode Beek ter plaatse gedempt.