Molen De Hoop / Molen van v.d. Leest, Grou/ Grouw

Grou/ Grouw, Fryslân
v

korte karakteristiek

naam
De Hoop / Molen van v.d. Leest
modeltype
Kantige molen, grondzeiler
functie
korenmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
03807 b
oude dbnr.
V2446
Meest recente aanpassing
| Conversie
media-bestand
Molen 03807 b De Hoop / Molen van v.d. Leest (Grou/ Grouw)
Foto: n.n.

locatie

plaats
Grou/ Grouw
plaatsaanduiding
midden in 't dorp; 0,1 km ZZW der kerk
gemeente
Leeuwarden, Fryslân
streek
Idaarderadeel
geo positie
X: 185287, Y: 567847
N: 53.09658, O: 5.83935

constructie

modeltype
Kantige molen, grondzeiler
krachtbron
wind
functie
romp
achtkante bovenkruier
plaats bediening
grondzeiler
bediening kruiwerk
buitenkruier
plaats kruiwerk
bovenkruier
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
circa
verdwenen
1887 verbrand 1890 rest gesloopt
geschiedenis
Gebouwd in 1887, bij de herbouw werd een achtkant van een voormalige poldermolen gebruikt. De bouw van de molen werd door de bevolking tegengewerkt vanwege het feit dat hij regelmatig afbrandde.

De wagenmeester die in een klein huisje onder de molen woonde, dichtte ondermeer:

Men bouwde weer een poldermolen,
Op 'd afgebrande kraton nêer.
't Was rottig, het vermolmde holen,
'k Zei: schielijk toch verbrandt hij weer!


Op 26 jan. 1887 verbrandde de molen inderdaad nogmaals, weer toen de molenaar afwezig was.

Het nieuws van den dag : kleine courant, 09-02-1887
Door den rechter-commissaris in strafzaken te Leeuwarden, wordt eene instructie gevoerd tegen J. v. d. L., te Grouw, wiens molen dezer dagen is afgebrand onder verdachte omstandigheden.

Die molen heeft reeds vrij wat drukte veroorzaakt. Midden in het dorp staande, is hij bij sterken wind en storm voor de omwonenden steeds gevaarlijken velen zouden dan ook niets liever zien, dan dat de molen werd afgebroken. Een vroeger gedaan voorstel om hem van Gemeentewege aan te koopen, werd door den Raad verworpen. Een paar jaren geleden brandde de molen af, en v. d. L. bouwde hem weer op. Hjj dekte hem met riet, wat in strijd was met de verordening ter blussching en voorkoming van brand. Een civiel proces volgde en werd door hem verloren. Bovendien werd hij ook door den kantonrechter veroordeeld wegens het dekken van den molen met riet en is een administratief proces bij den Raad van State aanhangig. Verliest v. d. L. dit, dan moet de molen afgebroken worden, zonder dat hij schadevergoeding ontvangt. Hangende het proces brandde de molen, in herbouw voor ƒll,OOO verzekerd^ een paar weken geleden opnieuw af zonder bekende oorzaak, en de ingezetenen hebben vrijwillig ƒl2OO aangeboden aan hem, die den dader kan aanwijzen.

-----

Van toen af werden v. d. L en zijn huisgezin gekweld en gesard, zoo erg, dat aan alle neringdoenden van Grouw verboden werd levensmiddelen aan hen te verkoopen. Ja, om het te verbieden, stond de veldwachter af en toe voor hunne deur. Toen verhuisde het gezin naar Olderhaven. Voor de tweede maal wilde v. d. L. den molen opnieuw laten opbouwen, doch de molenmaker werd gedreigd, dat de molen weer zou afbranden eer hij voltooid was. waarop de molenmaker H. Koolstra het werk staakte, uit vrees voor ongelukken. Later hebben de ingezetenen van Grouw op de puinhoopen van den molen een omgekeerde Nederlandsche vlag geplaatst, die daarop 16 weken gewaaid heeft. Eindelijk verklaart v. d. L., dat hij in het bezit is :
a. van eene verklaring van personen, die bij den wederopbouw van den molen hebben gewerkt, waarin deze verklaren onmenschelijk te zijn behandeld, wat geschiedde om v. d. L. te gronde te richten ;
b. van een attest van goed zedelijk gedrag, geteekend door 32 personen, om en in Grouw woonachtig. De heer v. d. L. heeft zich gewend tot z. ex. den minister van justitie, die een streng onderzoek toezegde. Er werden dan ook later getuigen opgeroepen.
Ten gevolge van een en ander is de materiële toestand van v. d. L. hoopeloos geworden, terwijl hij bovendien lijdende is aan bloedspuwingen. Bovenstaande mededeelingen moeten wij intusschen geheel voor rekening van den heer v. d. L. laten, omdat wij de al of niet juistheid ervan niet kunnen beoordeelen.
(Een paar jaar geleden reisde genoemde v. d. L. de veenkoloniën door, met hetzelfde verhaal. Hij zamelde toen ook al geld in voor een nieuwe kostwinning. Dat den man deze fatsoenlijke bedelarij nog niet heeft verveeld, pleit niet voor een degelijk karakter. Red.) —

Bijna 3 jaren later, 12 Sept. '89, doet hij aanklacht dat hem uit den romp van zijn molen hout was ontvreemd en 13 Sept. gaat een rijksveldwachter met hem in een schouw langs verschillende erven en vinden hout van zijn molen en met L. gemerkt op de erven van twee der meest geachte en welgestelde ingezetenen. Daarna is gebleken dat hij met Geert Schuurmans , die 13 Sept. er ook bij was, 12 Sept. ook op en bij die erven is geweest, dat dit hout toen niet op die erven lag en dat het gevonden hout 22 Aug. door hem zelven uit den molen gehaald en op een wagen vervoerd is naar Donkerbroek. Het O. M. vorderde zijn veroordeeling tot 6 maanden gevangenisstraf.

Arnhemsche courant, 20 mei 1890
Voor de Rechtbank te Leeuwarden heeft terechtgestaan W. P. v. d. L., molenaar te Donkerbroek, ter zake van het doen van een valsche aanklacht. Vroeger woonde beklaagde te Grouw, waar onderscheiden malen brand in zijn molen is geweest. Ofschoon hij zelf als de dader beschouwd werd en er een uitvoerige instructie tegen hem ; is gevoerd, is toch niet voldoende aanwijzing tegen hem verkregen om hem deswege te vervolgen en toen hebben, zooals destijds algemeen bekend is geworden, de Grouwsters hem geboycott.

De Gelderlander, 4 juni 1890:
RECHTZAKEN
De rechtbank te Leeuwarden heeft W.P. v.d. L., molenaar te Donkerbroek, die terechtgestaan heeft ter zake het doe van eene valsche aanklacht - nl. dat hem eenig hout zou ontstolen zijn uit zijnen afgebranden molen te Grouw - vrijgesproken, als zijnde dit niet wettig en overtuigend bewezen.


In 1890 werd het restant aan de gemeente verkocht en verder afgebroken. Het z.g. Groen werd geëgaliseerd, waar de molen stond staat nu ongeveer de muziektent.

Leeuwarder courant, 9 januari 1891
Verkooping te Grouw, krachtens art. 1223 B. W. Mr. T. IJ. KINGMA BOLTJES ,
Notaris te Jorwerd, zal, ten verzoeke van Mr. H. BINNERTS , Adv. en Proc. te Heerenveen, in het logement van v. Stralen te Grouw, op Woensdag 21 Jan. 1891 , 's nam. 5 uur, prov. veilen : Den thans nog onvoltooiden KORENMOLEN met Erf en Grond te Grouw, kad. gem. Grouw, A no. 139, groot 0-03-10, met inbegrip van de thans daarbij aanwezige Bouwmaterialen , ten dienste van den verderen opbouw bestemd , eigen aan W. P. v. d, Leest. Terstond te aanvaarden. Betaling 12 Mei 1891.

De Grouwsters stelden een boycot tegen de molenaar in, Van der Leest was genoodzaakt zijn levensmiddelen in andere dorpen te kopen. Een artikel in het Nieuwsblad van het Noorden van 4 mei 1897 meldt: "H.P. van der Leest, uit Grouw, man collecteert in Gooi en Eemland omdat zijn molen uit godsdiensthaat tot tweemaal toe in de brand gestoken is." Dit alles ging wel ten koste van de goede naam van Grouw; vreemdelingen oordeelden wel erg oppervlakkig, soms las men van "Het Godvergeten en hemeltergend Grouw".

Bron ondermeer: De molens in en om Grou (II), art. door S. Andringa in De Utskoat nr. 65, maart 1992.

Nieuwe Veendammer courant, 04-05-1897
In September 1886 — aldus deelt de heer v. d. L. mede — brak er brand uit in zijn korenmolen te Grouw, en daar geen der ingezetenen hulp verleende, brandde de molen totaal af. Hij werd weder op gebouwd, in weerwil van de tegenwerking der ingezetenen, doch op 26 Januari 1887, terwijl v. d. L. afwezig was, brandde hij opnieuw af, bij welke gelegenheid de waarnemende burgemeester aan vrouw v. d. L., die om hulp vroeg, zou hebben toegevoegd: „den molen laten branden, de huizen bewaren."

aanvullingen

trivia
NB De aangegeven locatie is een schatting naar de TMK van ca. 1850.