Molen Polder Oud-Beijerland c.a., Oud-Beijerland

Oud-Beijerland, Zuid-Holland
v

korte karakteristiek

naam
Polder Oud-Beijerland c.a.
modeltype
Ronde molen, grondzeiler
functie
poldermolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
03604 b
oude dbnr.
V2753
Meest recente aanpassing
media-bestand
Molen 03604 b Polder Oud-Beijerland c.a. (Oud-Beijerland)
Foto: n.n.

locatie

plaats
Oud-Beijerland
plaatsaanduiding
aan de Oud-Beijerlandsche Kreek, even ten noorden van de aftakking van de Scheermansvliet
gemeente
Hoeksche Waard, Zuid-Holland
streek
Hoeksche Waard
kadastrale aanduiding 1811-1832
Oud Beijerland B (1) 115 De Oud Beijerlandsche Polder
geo positie
X: 88837, Y: 425670
N: 51.81572, O: 4.42766

constructie

modeltype
Ronde molen, grondzeiler
krachtbron
wind
functie
romp
ronde bovenkruier
inrichting

Scheprad

plaats bediening
grondzeiler
bediening kruiwerk
plaats kruiwerk
bovenkruier
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
afgebroken
geschiedenis

Nadat 'Het Westmaas Nieuwland' in 1539 was ingedijkt, gingen de indijkers verder naar het westen en werd, daarop aansluitend, in 1557 de polder 'Oud Beijerland' drooggemaakt. Zo ontstond de polder 'Oud-Beijerland, Moerkerken, Cromstrijen en de Group', een flinke polder van 1679 ha. De naam van deze polder was 'Oud-Beijerland'.
Het deel van de Kreek waar de molen aan stond, werd omkaad en ingericht als boezem. Deze watert uiteindelijk af op het oostelijke uiteinde van de haven van Oud-Beijerland.

De windbemaling van de polder werd in 1740 gesticht middels de afgebeelde molen. De molen waterde via het noordelijk gelegen boezemland indirect af op de rivier de Oude Maas en was uitgevoerd als schepradmolen.

Op 17 augustus 1854 brandde de molen voor een deel uit door een blikseminslag.

Rotterdamsche courant, 18 augustus 1854
Gedurende het hevig onweder, hetwelk in den afgeloopen nacht ook hier gewoed heeft, sloeg te Oud-Beijerland de bliksem in den poldermolen, met dit gevolg dat eene roede geheel afgeslagen en de molen gescheurd is. Brand is hierbij gelukkig niet ontstaan.

De Nederlander : nieuwe Utrechtsche courant : (staatkundig- nieuws-, handels- en advertentie-blad) / onder red. van J. van Hall, 21 augustus 1854
De zware onweersbui, die donderdag morgen tusschen 4 en 5 ure, zoo wel over Dordrecht als over dc omliggende dorpen woedde , heeft, naar men verneemt, nog al schade aangerigt. Te Papendrecht is eene koe door den bliksem gedood. Te Oud- Beijerland is hij in den poldermolen geslagen, met dit gevolg dat eene roede geheel afgeslagen en de molen gescheurd is. Hierdoor is echter gelukkig geen brand ontstaan.

In 1874 werd bij de molen een stoomschepradgemaal gebouwd van 40 PK, gevoed door twee stoomketels.
In 1898 werden de twee stoomketels vervangen door één grote stoomketel. Tegen die tijd zal de stoommachine zijn betrouwbaarheid wel bewezen hebben, want in 1898 werd ook de molen gesloopt. De laatste molenaar was van Ameide.

Nieuwsblad, gewijd aan de belangen van de Hoeksche Waard en IJselmonde, 21 april 1888
Plaatselijke Berichten.
Oud-Beierland, 21 April. Jl. Donderdag was het veertig jaren geleden, dat G. Bisschop door het bestuur van den polder Oud-Beijerland c. a. werd aangesteld tot watermolenaar. Nadat overeenkomstig de verbetering die in de polderbemaling ontstond, ook voor dezen polder een stoomgemaal werd gesticht, bleef Bisschop zijne betrekking behouden, nu als machinist. Hoewel de gedachte al eens opgekomen was om nu den molen te sloopen, achtte men het beter, daar deze nog hecht en sterk was, den molen te laten staan, om bij mogelijk defect aan de machine altijd een werktuig voor de bemaling bij de hand te hebben. Gehecht als hij aan zijn molen was, waarin hij zoovele jaren doorbracht, was Bisschop met dit besluit zeer ingenomen. Van vele zijden, zoowel persoonlijk als schriftelijk kwamen de gelukwensehen tot dén jubilaris. Het grootste blijk van belangstelling was voor Bisschop wel, toen het bestuur van den polder, vertegenwoordigd door den dijkgraaf, mr. A. Van Weel, de heemraden A. Den Hartigh en G. Mast (de heemraden K. Schelling en J. Mast waren door ongesteldheid verhinderd), en den secretaris P. Breesnee (de penningmeester J. L. Verhoeven verhinderd hierbij tegenwoordig te zijn, kwam later op den dag zijn gelukwensen aanbieden) hem kwam bezoeken en dc dijkgraaf, onder wiens bestuur de jubilaris zulk eene reeks van jaren zijne betrekking vervulde, tot hem een toespraak richtte, waarin deze o. a. deed uitkomen, dat Bisschop in dia lange reeks van jaren het bestuur nog nimmer reden tot eene klacht had gegeven. Spreker hoopte dan ook, dat de jubilaris nog menig jaar den polder met zijn ijver, kennis en ervaring mocht dienen. Deze toespraak ging vergezeld van een stoffelijk blijk van belangstelling.

Getroffen door zooveel deelneming, betuigde Bisschop zijn hartelijken dank. Voorzeker zal zulk een dag nog lang bij den jubilaris en zijne familie in aangename herinnering blijven.

Het stoomgemaal is inmiddels ook ter ziele; tot de ruilverkaveling van 1974 was in het gebouw nog steeds een gemaal gehuisvest. Door de gewijzigde waterhuishouding ontstaan t.g.v. de ruiverkaveling deed dit gemaal geen dienst meer. Het gebouw van het gemaal bestaat nu (2004) nog steeds en is verbouwd tot woning, van de molen is niets zichtbaars meer waar te nemen. Het voormalige boezemland van de molen bestaat nog steeds en wordt qua beplanting nog steeds in de sfeer van boezemland gehouden.

Info oa: Jan Eeland.

aanvullingen