Leeuwarder Courant, 7 feb. 1851:
"Aanbesteding bij geslotene briefjes, van het MAKEN van een NIEUWEN WATERMOLEN, groot 14 el 208 streep (48 voet) vlugt onder Tzummarum, met bijlevering van alle Materialen. Bestek en Conditien liggen ter lezing ten huize van S. Herrema te Tzummarum. De briefjes moeten franco worden ingeleverd vóór den 20 Februarij 1851, ten huize van P. J. ENNEMA, onder Tzummarum."
De molen bemaalde de Tzummarumer Mieden (340 ha), ten zuidoosten van Tzummarum. Het waterschap Tjummarumer Miedpolder werd in 1912 opgericht en omvatte 450 ha.
De molenaar moest in 1913 vertrekken omdat hij zelfs bij wateroverlast weigerde om op zondag te malen. Hij werd opgevolgd door Klaas Siderius, afkomstig van het Bjeussemolentje in Oosterbierum (Tenbruggencatenummer 03017). Siderius bleef van 1913 tot 1938 molenaar.
In 1942 werd de molen afgebroken. Na een paar mistige dagen bleek de molen opeens verdwenen te zijn, het polderbestuur wilde er wel vanaf en liet hem stilletjes verdwijnen.
Bron o.a.: "Watermolenherinneringen (7)", artikel door Jan de Beer in De Utskoat nr. 16, dec. 1979.
Het huisje bestaat nog en er staat nu een windmotor. Helaas staat deze al een lange tijd zonder bladen, de bladen staan tegen het schuurtje bij de windmotor.
Informatie van Johan Kroon
Deze informatie heeft vermoedelijk betrekking op de windmotor een stukje westelijker aan de noordzijde van de Bethaniëleane, is dus een andere locatie.
Red.