In 1854 stond in polder nr. 74 al een andere molen maar deze zou van pas rond 1880 dateren. De polder hoorde bij de boerderij Tjessema state in Schrins. Deze poldermolen vormde een fraai geheel met de iets verder gelegen spinnenkopmolen van polder nr. 68, die in 1960 uit het landschap verdween.
In 1909 was de eigenaar H. Gongrijp, en de huurder J.R. Oostra. In 1914-1918 was er een mosselpellerij toen J.F. v.d. Wint eigenaar was.
In 1952 werd de molen gerestaureerd. In 1957 stond de zoon van J.R. Oostra, R.J. Oostra, als eigenaar te boek. Sinds 1964 was de molen van S. Bouma.
Op 13 november 1972 is de molen tijdens een hevige storm omgewaaid en nooit herbouwd.
Bron ondermeer: Watermolens in en om Oosterlittens, artikel door drs. D.M. Bunskoeke, in De Utskoat nr. 45. Met dank aan H. van der Kaay.
foto coll dvm
Ansichtkaart, serie 28, nr 3, coll DVM
afb. coll. DVM
Aanvullende gegevens, ontleend aan de Oorlogsinventarisatie van de provincie Friesland uit 1942/1943
Kadastraal bekend: Gem. Baard, Sectie C, No. 905
Type: achtkante houten buitenkruier op gemetseld fundament; romp bekleed met hout
Bouwjaar: onbekend
Van elders afkomstig: nee
Hoogte van de molen: ca. 6,2 m
As en roeden: hout
Vlucht: 10,5 m
Wieksysteem: oud-hollands
Eigenaar: J. Oostra
Molenaar: idem
Opvoerwerktuig: vijzel
Opvoerhoogte: ca. 1 m
Gem. waterverzet per uur: -
Te bemalen oppervlak: 26 ha 0 are (70 pondemaat)
In gebruik: ja, uitsluitend op windkracht
Staat van onderhoud: minder goed, bintwerk en houten bekleding moet noodig worden hersteld, loopend werk behoorlijk
Molenmaker: H. Gaasterland te Oosterlittens
Windbelemmering: geen
Opmerkingen: de te bemalen landerijen met boerderij en molenerf behooren aan: Helena Gonggrijp vrouw van Loodewijk Arnold Ort, Stadhouderskade No 160 te Amsterdam (Z.). De pachters nemen bij taxatie de molen over.
Informatie van Leo van der Drift, 25 aug. 2009
Foto coll. DVM