De molen zou volgens boekje Heerjansdam van Kees Brinkman al in 1339 aanwezig zijn geweest ook op een kaart uit 1500 zou de molen voorkomen.
In 1724 is een voorganger, ook een wipmolen, verbrand.
Tot en met het jaar 1882 stond aan de Waalweg op steenworp afstand van de huidige plaats van korenmolen De Kersenboom, een wip-watermolen.
Deze molen werd bemalen door familie De Jong.
De laatste molenaar was Kees de Jong (Kees de Molenaar) die het waterpeil regelde van de polder Rijsoord en Strevelshoek.
Het gezin woonde destijds in het huisje achter de molen, dat nog steeds aanwezig is achter het voormalige gemaal dat enkele jaren geleden geheel is gerenoveerd.
Het stoomgemaal dat in 1882 de taak van de wipmolen overnam is in 1929 verbouwd tot woonhuis en is nog steeds aanwezig.
Een groter stoomgemaal aan de Achterambachtseweg nam de taak van vijf molens van weleer over. Deze molens werden allen gesloopt tussen 1879 en 1886 gesloopt. Dit gemaal is nu al geruime tijd als woning verbouwd en nog steeds goed herkenbaar als gemaal. Het gemaal ligt langs het viaduct richting Hendrik Ido Ambacht. Laatste machinist hier was Kees van der Linden, welke in de volksmond Kees de Tuk tuk werd genoemd, naar het geluid van de machine in het gemaal. Het gemaal werd op de plaats gebouwd van een wipmolen van de Polder Sandelingen ( Hendrik ido Ambacht).
Informatie van Tom Blaak, 4 december 2008
De Dordrechtsche Courant, 4 januari 1882:
"HEERJANSDAM. In eene vergadering van ingelanden der polders Heerjansdam en Rijsoord en Strevelshoek is besloten een stoomgemaal te stichten voor gezamentlijke rekening, ten einde het overtollige polderwater in de Waal te malen. Dit stoomgemaal zal geplaatst worden te Rijsoord. Het ontwerpen van een plan en het opzigt over alles is opgedragen aan de heeren Paul en Visser. De polders zullen voor de benoodigde gelden eene leening aangaan van ƒ 24,000.
nog waarneembaar
Het molenaarshuis en het voormalige gemaal zijn nog aanwezig.