In het boek van A.Bicker Caarten, De Molen in ons Volksleven, staat het volgende nogal sombere molenrijmpje, dat ooit op de koningsspil van deze molen stond te lezen:
De zon moet dwalen,
De molen moet malen,
De vink moet slaan,
De wereld zal vergaan.
In het oosten van de provincie lag op de Molenbeek een forse, in steen gebouwde watermolen, de Beekse Molen genaamd.
De oudste vermelding is uit 1430. In 1531 vond een omvangrijk herstel plaats en in 1672 werd een nieuwe molen gebouwd door de Vierlingsbeekse timmerman Hendricus Heiligers, die zijn naam in de koningspil kerfde.
Het ijzeren schoepenrad met een diameter van 6 meter is in 1910 gemaakt door de firma Gebr. Fransen te Vier lings beek. Het drijft een kollergang aan die oorspronkelijk gebruikt is om de melasse van de suikerbieten in het meel te persen dat bestemd was voor de ver vaardiging van veekoeken. Het rad met sluizen is gelegen aan de Molenbeek waar deze ten zuiden van Vierlingsbeek de Provincialeweg naar Maashees kruist.
De molen behoorde tot de grootste stenen molens. De molen beschikte over drie koppel stenen. later in 1918 kwam er nog een vierde koppel bij dat aangedreven werd door een Lister-zuiggas-motor.
Het rad deed oorspronkelijk zijn werk voor de watermolen, totdat in het najaar van 1944 deze molen door oorlogsgeweld werd vernield. Tijdens de Slag om Overloon staken de terugtrekkende Duitse troepen de molen in brand en bliezen deze op. Slechts het waterrad en de sluiswerken bleven bewaard.
In 1970 liet de toenmalige eigenaar, de heer Kaanen, het originele rad herstellen. Het vormt samen met de kollergang uit een veevoederfabriek een tastbare herinnering aan de watermolen. 25 jaar later, om precies te zijn 10 juni 1995 werd het rad aangesloten op een kollergang.
In de afgelopen jaren is er ook regelmatig gesproken over de herbouw van het gebouw, maar deze plannen zijn tot op heden niet tot uitvoering gekomen.
-----
Tegenwoordig drijft het rad een dynamo aan, vermogen ca. 5 kW.
Bron: Molenprikbord, 20 juni 2012.
Slechts een ijzeren rad als aandenken.
Deelis van Will, molenaar, geboren op 06-09-1708 te Lieshout, overleden op 19-03-1779 te Beek en Donk op 70-jarige leeftijd.
Hij huurde de Beekse molen op 28-8-1745, was daarvoor molenaar in Veghel (1740) en in 1743 de Coevering in St. Oedenrode.
Gehuwd met Maria van der Asdonk, geboren op 30-09-1719 te Helmond, overleden op 30-10-1771 te Beek en Donk op 52-jarige leeftijd.
-----
Koninklijke courant, 17 aug 1809
DIRECTIE van de PUBLIEKE DOMEINEN.
De, rentmeester der domeinen , geestelijke en pastorale goederen der stad Grave en lande van Cuijk zal op autorisatie, en nadere approbatie van den directeur der publieke domeinen, op maandag den 2den van wijnmaand 1809, des voormiddags ten tien uren, op het raadhuis te Boxmeer, publiek en aan den meestbiedenden, voor den tijd van zes of twaalf jaren verpachten,
alle de koorn-wind- en rosmolens in den lande van Cuijk, en koorn-wind-molen te Beugen, dien te Sambeek, den koorn-watermolen te Vierlingsbeek, en den koorn-wind- en rosmolen te Mill,
aanvang te nemen met den eersten van louwmaand 1810, zullende conditien drie weken te voren ter lezing liggen, ten kantore van voornoemden rentmeester te Boxmeer, en ten huize van Jan Linders, te Grave.
Foto N. Sonneveld, opname 28 oktober 2022
Foto N. Sonneveld, opname 28 oktober 2022
Foto N. Sonneveld, opname 28 oktober 2022
Schilderij, herkomst onbekend