Molen De Jonge Jacobus / De Pelikaan, Rotterdam, stadsdeel Hillegersberg-Schiebroek

Rotterdam, stadsdeel Hillegersberg-Schiebroek, Zuid-Holland
v

korte karakteristiek

naam
De Jonge Jacobus / De Pelikaan
modeltype
Kantige molen, stellingmolen
functie
snuifmolen, korenmolen, pelmolen
bouwjaar
verdwenen
toestand
verdwenen
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
01922 a
oude dbnr.
V3667
Meest recente aanpassing
| Algehele revisie gegevens

locatie

plaats
Rotterdam, stadsdeel Hillegersberg-Schiebroek
plaatsaanduiding
aan Voorplas, via Bergweg, vroeger buitengoed Plantlust
gemeente
Rotterdam, Zuid-Holland
plaats(en) voorheen
Hillegersberg
streek
Rotterdam en omstreken
kadastrale aanduiding 1811-1832
Hillegersberg A (2) 1078 Gerardus Jacobus Kiewiet, pelmolenaar, en consorten
geo positie
X: 93417, Y: 440865
N: 51.95281, O: 4.49136

constructie

modeltype
Kantige molen, stellingmolen
krachtbron
wind
functie
romp
achtkante bovenkruier
plaats bediening
stellingmolen
bediening kruiwerk
buitenkruier
plaats kruiwerk
bovenkruier
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
verdwenen
bouwjaar
verdwenen
verbrand
geschiedenis

In 1793 als snuifmolen gebouwd, in 1816 herbouwd (reden? [wellicht alleen heringericht]) als korenmolen.

23-11-1865 Algemeen Handelsblad
Openbare vrijwillige verkooping:
no.1: De kapitale, hechte, sterke, goed onderhouden en in volle werking zijnde Steenen Wind- en Koorn- en Pelmolen, genaamd de Jonge Jacobus, mede ingerigt tot Blom- en Meelfabriek, met al de daartoe behoorende Werktuigen en gereedschappen, voorts Koets- en Wagenhuis, Paardenstal, Hooizolder, ruime Bergplaatsen, verdere Getimmerten, Erven en Grond, strekkende van den weg tot het volgende perceel, wijk A.No. 140, kadaster sectie A, nos 2392 en 2402, groot 9 Roeden, 95 ellen.

Verbrand 15 oktober 1881 toen hij tevens pelmolen was.

Bron ondermeer: boekje "Molens maalden in Hillegersberg en Schiebroek, uitgave Christ. Scholengemeenschap Melanchthon, 1975. Met dank aan H. van der Kaay.