Molen Lijkermolen No.2 (Lijker 2), Rijpwetering

Rijpwetering, Zuid-Holland
b

korte karakteristiek

naam
Lijkermolen No.2 (Lijker 2)
modeltype
Kantige molen, grondzeiler
functie
poldermolen
bouwjaar
bedrijfsvaardigheid
Maalvaardig
bestemming

Bemalen van de Drooggemaakte Veender- en Lijkerpolder, thans op vrijwillige basis

adres
Poeldijk 1
2375 NE Rijpwetering
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt  
Toon op Google Maps met andere molens in de buurt
Ten Bruggencate-nr.
01802
oude dbnr.
B1094
Meest recente aanpassing
| Geschiedenis
media-bestand
Molen 01802 Lijkermolen No.2 (Lijker 2) (Rijpwetering)
Rob Simons (28-10-2012)

locatie

plaats
Rijpwetering
gemeente
Kaag en Braassem, Zuid-Holland
kadastrale aanduiding
Gemeente Alkemade, sectie D, nr. 2954
geo positie
X: 100157, Y: 468212
N: 52.19929, O: 4.58500
biotoopwaarde
5 (goed)
landschappelijke waarde
Zeer groot; dominerende functie bij open water en diepe polders

contact en bezoek

bezoek/postadres
Poeldijk 1
2375 NE Rijpwetering
molenaar
Patrick Huigsloot
telefoon
06-15003196
e-mail

website
social media
open voor publiek
ja
open op zaterdag
nee
open op zondag
nee
op afspraak
ja
openingstijden

Op afspraak

toegangsprijzen
winkelinformatie
meelverkoop
nee
museuminformatie
gericht op scholen
nee
bijzonderheden
fietsroute
fietsroute in de buurt van Lijkermolen No.2 (Lijker 2) via fietsnetwerk.nl

constructie

modeltype
Kantige molen, grondzeiler
krachtbron
wind
functie
romp
Twaalfkante stenen romp
kap
Gedekt met riet
inrichting

Stalen vijzel, fabr. Spaans Ø 1,45 m, met twee gangen.
Woning in de molen.

versieringen

Eenvoudige baard, groen geverfd, wit afgebiesd met het jaartal '1780' en op een geel fond in rood het cijfer '2'. Tussen de koppen van steunder en voeghouten op een witte ondergrond in rood de cijfers '17' '80'.

plaats bediening
grondzeiler
bediening kruiwerk
buitenkruier
plaats kruiwerk
bovenkruier
kruiwerk
Rollenkruiwerk; 42 ijzeren rollen. Kruirad met lage bank.
vlucht
27,45 / 27,60 m.
vang
Vlaamse vang; 4 scharnierende stukken. Vangbalk met haak; vangstok. Kneppel.
overbrenging

Bovenwiel 68 kammen
Bovenschijfloop 38 staven, steek 13,3 cm.
Onderwiel 42 kammen
Vijzelwiel 33 kammen, steek 15,5 cm.
Overbrengingsverhouding 1 : 2,28

hoogte
wiekvorm
Systeem Fauël met steekborden op beide roeden
Kantel uw mobiel om de tabellen helemaal te zien
wiekenkruis
fabrikant roenummer positie bouw fabricagejaar jaar gestoken positie jaar verdwenen lengte
Straathof ✉︎ 37 binnen 1988 1989 binnen aanw. 27,45
Straathof ✉︎ 6 buiten 1984 1984 buiten aanw. 27,60
Pot ✉︎ 773 buiten 1873 1873 buiten 1984 28,20
Pot ✉︎ ? binnen ? binnen 1989 28,10
wiekverbeteringen

In 1951 werden beide roeden voorzien van de 'Dekker-spleetwiek', ook wel 'imitatie-fok' genoemd. Dit omstreden systeem werd niet veel later vervangen door normale fokwieken volgens het octrooi van Ir. Fauël.

bovenas
fabrikant asnummer fabricagejaar jaar gestoken jaar verdwenen lengte
Schretlen & Co, D.A. ✉︎ 170 1871 1871 aanw. 06,70
afbeelding van onze ondersteuners

geschiedenis

toestand
werkend
bouwjaar
bedrijfsvaardigheid
Maalvaardig
bestemming

Bemalen van de Drooggemaakte Veender- en Lijkerpolder, thans op vrijwillige basis

molenmaker
Th. Paddenburg, J. Opdam (molenmakers), H. Maart (metselwerk) (1780)
omwentelingen
eigendomshistorie

In 1976 kocht de Rijnlandse Molenstichting deze molen van de Veender- en Lijkerpolder. Vanaf de bouw in 1780 was deze polder eigenaar geweest.

geschiedenis

De Lijkermolen nr. 2 is een twaalfkante stenen poldermolen uit 1780. Krachtens het octrooi van Rijnland van 1744 werd het gebied, dat nu de polder omvat, uitgeveend, waarbij de termijn van vervening op 30 jaar werd gesteld. In de jaren 1779 en 1780 werden twee poldermolens gebouwd om de uitgeveende plas droog te malen en daarna de polder op het gewenste peil te houden.
De molenmakers Tijmen Paddenburg en Pieter Obdam verzorgden het timmerwerk en Hendrik Maart het metselwerk. De afwijkende vorm van de molens is een gevolg van de opvattingen van de metselaarsbazen, namelijk dat ronde molens nooit zo 'dicht' zouden kunnen worden als gemetselde kantige molens. Zonder slag of stoot ging dit niet: de bouw werd in 1780 zelfs enige tijd stilgelegd, omdat het de bedoeling was, dat er ronde stenen molens zouden komen. Uiteindelijk berustten de hoge heren in het - waarschijnlijk - eigen initiatief van metselaar en molenmakers.

In juni 1926 werd de molenvijzel aangesloten op een elektromotor van 80 pk. volgens het systeem Ericsson. Evenwel werd er ook zeer veel op windkracht gemalen.

Veel geld en moeite kostten beide Lijkermolens in de vroege jaren '50: in november 1950 brak de vijzel van de Nr. 2, terwijl op dat moment de vijzel van molen Nr. 1 ook niet best was. Die had bovendien nog een geklonken beschoeping op een houten balk!
Onder advies van A.J. Dekker werd de vijzel vervangen en kregen de roeden imitatie-fokken. Dit systeem werd in die jaren vaker door Dekker in Rijnland toegepast maar vormde een inbreuk op het octrooi van Ir. Fauël, die het fokwieksysteem in 1946 had geintroduceerd. Er ontstonden dan ook vrijwel direct problemen en het polderbestuur verklaarde 'bitter' hierover te zijn, na zoveel investeringen. 
Niet veel later kregen beide Lijkermolens normale fokken. Deze voldoen op deze grote vijzelmolens, die er behoorlijk aan moeten trekken, tot de dag van vandaag uitstekend.

Na het onverwachte overlijden van Cor Borst (15 oktober 1960) kwam de molen als windmaalwerktuig buiten bedrijf en werd de vijzel uitsluitend nog door de elektromotor aangedreven. Wél was de molen af en toe draaiend te zien maar de staat van onderhoud liep terug. Later werd naast de molen een nieuw elektrisch vijzelgemaal geplaatst, waardoor de molenvijzel overbodig werd. Spoedig daarna verkeerden vijzel en vijzelkom in onbruikbare staat. 

Na ruim 20 jaar in matige staat te hebben verkeerd (zo ontbraken jarenlang de fokken op één van de roeden), werd de molen in de jaren '80 grondig aangepakt en kreeg deze onder meer nieuwe roeden en een grote herziening van de kap. De vlucht werd bij de laatste gelegenheid bewust wat aan de korte kant gehouden, omdat deze zeer dicht aan de openbare weg gelegen molen in de praktijk regelmatig last had van botsingen met vrachtwagens. 

Pas na 2000 is de molen weer maalvaardig gemaakt, o.m. door restauratie en verdieping van de vijzelgoot: deze moest vrijwel geheel opnieuw worden gemetseld. In 2003 werd de nieuwe tweegangige vijzel, die reeds geruime tijd bij de molen klaarlag, geplaatst. 

In 2017 is, na vertrek van de vorige bewoners, de molen van binnen goed bekeken. Als gevolg werd de woning afgekeurd en niet lang daarna is van binnen vrijwel alles 'gestript'. Aldus stond de molen enige tijd te wachten om opnieuw ingericht en bewoonbaar te kunnen worden gemaakt. Wél maalde de nieuwe molenaar (en beoogde bewoner) al zeer geregeld waarbij ook vrijwel steeds de vijzel in het werk stond.

In het voorjaar van 2019 is begonnen met herstel van zowel het interieur als het meer molentechnische gedeelte zelf. Dat betekent enorm veel werk: op veel plaatsen balkkoppen aangieten, loszittend metselwerk repareren, alle vloeren nieuw en ook isolatiemateriaal (maar wel zo, dat het kan ventileren!). Pas daarna kon er worden gestuct.
Intussen was ook de steunder onder de windpeluw aangegoten met kunsthars en de baard hersteld (die zo grotendeels bewaard kon blijven).
In het najaar van 2019 heeft men de romp in de steigers gezet om ook de buitenzijde te kunnen herstellen. Eind december leverde Verbij een geheel maalvaardige en bewoonbare molen op.

Molenaars op deze molen:
Jan Melman (ca. 1856)
P. Rietkerk (ca. 1863)
P. Dongelmans (1874 - 1924)
Cornelis Borst (1924 - 1960)

aanvullingen

toelichting naam

Deze molen wordt, ter onderscheiding van zijn bijna identieke buurmolen, 'nr. 2' genoemd en zo staat deze ook aangeduid in het polderarchief. Molenaars en molenmakers in de regio spreken doorgaans van de 'Lijker 2'.

unieke eigenschap

Vormt tezamen met de andere Lijkermolen een uniek twaalfkant duo.

literatuur

G.N. van der Meer, 'Niet rond, niet acht, maar twaalf!', in: Molenwereld 12 (2001) 326 - 329

trivia

Op een zaterdag in 1956 probeerden Cor Borst (van deze molen) en Arie den Hollander (van de Akkerslootmolen) bij toenemende wind zo lang mogelijk met het volle zeil door te blijven malen. Totdat Borst op een zeker moment met zijn - veel grotere - molen toch als eerste moest zwichten.
Toen beide molenaars elkaar de volgende ochtend in het kerkportaal tegenkwamen en Arie den Hollander vroeg: "Kon jij gisteren niet winnen, Cor?", antwoordde Borst: "Ach stik jij toch met je rieten mand!".

foto's

foto's