Molen De Waterhond, Gouda

geschiedenis

toestand

verdwenen

bouwjaar

1671

verdwenen

1858

verbrand

voorganger

Gouda (De Waterhond (voorganger))

geschiedenis

Aangezien Dirk Jansz. van Middelhoven in 1671 ter plekke een zaagmolen bouwde, zal toen de standerdmolen die er voorheen stond vervangen zijn geworden door een bovenkruier. Op 13 mei 1671 nam Middelhoven een hypotheek op een "scheepstimmermanshelling met behuysing ende saegmolen".

In 1687 verkocht Job Gerritsz. Kaen de zaagmolen met huis en erf aan Cornelis Ariens. Koij.

Hierna werd de molen verbouwd tot pelmolen (1695) en was Joost Pereboom de eigenaar, en vervolgens diens weduwe Lijsbeth Cats, die de pelmolen in 1723 verkocht aan Teunis Romeyn.

In 1780 ontving de eigenaar octrooi voor het malen van snuiftabak en het pellen van gerst.

Leydse courant, 2 december 1789
"Men is van meening op Donderdag den 10 December 1789, des morgens ten 11 uuren, in 't Amstellandsche Veerhuys binnen de Stad Gouda, publycq te veilen, en immediaat by afslag finaal te verkoopen de vanouds beknde WIND-PEL en SNUIFMOLEN, met de Huyzinge daar aan bhoorende; mitsgaders de Gereedschappen, staande en gelegen op den Hoogen Schielandschen Zee Dyk, even buiten dezelve Stad: breeder by Biljen en informatie te bekomen by den Notaris van der Gryp aldaar"

De molen verbrandde in 1858 door onbekende oorzaak.

Bronnen:
- Scheepswerven en windmolens aan de IJssel te Gouda, artikel door J.L. van Eijk in Die Goude 1949.
- Die Goude 1982.
Beide met dank aan H. van der Kaay.